dinsdag 3 november 2020






                                                    NIEUWE ARTIKELEN 
                                          VERSCHIJNEN IN JANUARI 2021

  Dan liggen de decemberfeestdagen alweer 
  achter ons en kunnen we uitkijken naar een
  gloednieuw jaar met hopelijk een vaccin om
  het coronavirus  te bestrijden. Tot  zolang is
  voorzichtigheid geboden. We kunnen ons in
  de winter niet echt comfortabel terugtrekken
  in onze  tuinen, maar  natuurlijk  wel  alvast 
  plannen maken voor het voorjaar. Want dat 
het weer voorjaar wordt: dat staat vast!
 

VOOR JONG EN OUD EN VOGELS

 In míjn tuin...

… is alles wat eetbaar was geoogst - en opgegeten. Want appeltjes voor de dorst: die zijn ook in de winter te koop. En ‘wecken’, in huiselijke kring, dat is sinds de komst van diepvriezers een verleerd en vergeten ambacht. Uit mijn kindertijd herinner ik me nog wel hoe mijn moeder dagen in de weer was met het ‘wecken’ van groenten en peren en appelmoes. In die tijd werden de huizen nog opgeleverd met een kelder en daar stonden de rekken vol met glazen ‘weckpotten’ om gezond de winter door te komen. Ik was geen dankbare afnemer, met mijn afkeer van groente. Vooral boerenkool! Maar dat bord moest toch leeg en uiteindelijk bleef ik dan als enige achter in de keuken, terwijl de rest van het gezin verdween naar de huiskamer. Gelukkig stond er onder het aanrecht ook een afvalbak, waar ik met kleine beetjes tegelijk mijn stamppot in deponeerde, onderin. Wel oppassen, want met het ‘doorgeefluik’ naar de woonkamer kon mijn moeder elk moment de stand op mijn bord controleren. Uiteindelijk, toen ik zelf moest koken en iedere dag een andere groente verzinnen, kwam het goed met de boerenkool. Lekker! En ook zeer geschikt om in te vriezen.

Paars aangelopen boerenkool:
weer eens wat anders op je bord

In de afgelopen zomer heb ik helaas mijn groentetuintje wel wat verwaarloosd. In het midden staat een struik met blauwe bessen die elk jaar groter wordt en elk jaar meer van die heerlijke bessen produceert: mooi laten gaan dus! Ook de bieslook, munt en rozemarijn hebben zich van hun beste kant laten zien. Bieslook verdwijnt bij mij vooral op broodjes kaas, munt is er voor de thee en rozemarijn is alleen al een aanrader voor de heerlijke geur. Zet een paar takjes in een vaasje op het aanrecht, strijk er even langs en vind in de geur de voorbije zomer terug.
De bramentakken langs de muur had ik verjongd (lees: fors gesnoeid) en dat ging natuurlijk ten koste van de opbrengst. Mijn Groninger Kroon, een appelboom, kreeg er ook van langs met de snoeischaar, maar dat was meer een esthetische ingreep. Óp naar een goede oogst voor volgend jaar!

Blauwe druiven, voor het grijpen!

Wél een groot succes was de druif, langs twee strakgespannen kabels boven het terras. Met een koel glas wijn in de hand volgden wij daaronder geduldig de ontwikkelingen. Van piepkleine bloempjes naar kleine groene bolletjes tot ranke trossen blauwe druiven. Met pit - waar vind je dat nog. Ook het hongerig vogelvolk liet zich deze delicatesse goed smaken. Mooie herinneringen - goede vooruitzichten voor het nieuwe jaar: die wens ik iedereen!

SLAKKEN IN DE WINTER

Heggenmussen 

Met het invallen van de herfst en de naderende winter trekken wij, tuinbezitters, ons terug in onze verwarmde huizen - liefst met een kast vol tuinboeken. Want hoe moet je anders, als tuinliefhebber, de winter doorkomen?

Natuurlijk hebben we ons ‘buiten’ goed verzorgd en, waar mogelijk, vorstbestendig achtergelaten. Met voldoende groenblijvers is ons uitzicht ook nu nog steeds aantrekkelijk. Maar wij zijn hier niet de enige liefhebbers en gebruikers: tuinen worden permanent bewoond. Het meest zichtbaar zijn de vogels; graag geziene gastjes, die we dan ook overladen met vogelvoer, vers drinkwater en badjes, om de winter zo goed mogelijk door te komen. Bovendien staan slakken bovenaan op hun menu en zijn de vogels daarmee belangrijke bondgenoten in onze strijd tegen deze belagers van ons groen. Want slakken: die zien we liever gaan dan komen. Hun aaibaarheidsfactor is absoluut nul, met die glibberige, slijmerige lijfjes. En ze doen weliswaar geen vlieg kwaad - maar onze planten des te meer. 

Vijf huisjesslakken op de pot!

Het is vooral de naaktslak die ons zorgen baart, met in een gemiddelde levensduur van twee tot drie jaar tijd een productie van zo’n vijfhonderd nakomelingen. Wij hebben daar geen idee van omdat naaktslakken in winterse vorstperiodes hun tijd vooral ondergronds doorbrengen. Buiten ons gezichtsveld: wel zo veilig. En met hun slakkengangetjes zorgen ze ook nog eens voor wat frisse lucht in onze aarde. Maar soms wil ook een slak wel eens iets anders op het menu. Zíjn of háár menu: dat is ook een ding, want de slak is hermafrodiet. Met deze eigenschap kan een slak tijdens de paring zowel een vrouwelijke als een mannelijke vorm aannemen. Moeten ze, in verband met nakomelingen, van tevoren wel even goed afspreken, lijkt me. In de slakkenwereld is het in ieder geval geen probleem. Terug naar hun menu. Hoe verwerkt een slak, zonder gebitje, onze toch wel stevige bladplanten? Daarvoor hebben ze een ingebouwde rasp ter beschikking: hun tong bestaat uit rijen tandjes waarmee ze ons dierbare groen succesvol afraspen.

Vijf huisjesslakken op stam

Voor de ‘Grote wegslak’ (Arion rufus), een naaktslak, is dat per dag minimaal de helft van zijn eigen gewicht. Deze slak komt kennelijk ook wel eens op de ‘grote weg’, maar is vooral te vinden in bossen, bermen, akkers, graslanden en ook tuinen, waar hij uitwerpselen achterlaat in de vorm van sierlijk gekrulde rolletjes. Bij droog weer kun je zijn gangen ook op de tegels nagaan via een mooi glanzend slijmspoor. Bij tuiniers roept zo’n spoor een bijna allergische reactie op: een slak in de tuin! Of nog erger: we zien hem glibberen, over de tegels, richting moestuin of richting hosta! Vooral de hosta’s moeten het ontgelden, hoewel ik nu, vanachter mijn computer, toch weer een slak richting het moestuintje zie glijden. Maar ik bedwing mijn alarmreactie; de sla is al lang geoogst en door ons zelf soldaat gemaakt. En als ze afgevallen blaadjes in de tuin voor mij opruimen, maak ik daar ook geen bezwaar tegen. Maar kwetsbare basilicum heb ik dit afgelopen jaar niet geplant: je moet goden noch slakken verzoeken. 

Slakken slaan hun slag in de sla!

En nu is de winter in aantocht: gaat het vriezen of dooien? Een slakkenlijfje bestaat voor 80% uit water en is dus niet bestand tegen vorst, net zomin als tegen droogte. Bij vorst zullen de slakkenhuiseigenaren zich terugtrekken in hun eigen ‘bastion’, zorgvuldig afgesloten met eigen slakkenslijm. Of ze overwinteren gezellig in een grote groep, ergens onder een hoopje stenen of een bultje hout. Naaktslakken zijn ‘dakloos’ en moeten iets anders verzinnen: zij werken zichzelf de grond in, wel tot een meter diep. Voor die tijd eten ze zich helemaal vol, voor voldoende vetreserves, en gaan dan gedurende drie tot vier maanden over op non-actief. Dat is veel, op een totale levensduur van twee tot drie jaar. In droge zomers overleven ze soms op dezelfde manier, ondergronds, maar dan niet langer dan een paar weken. ’s Zomers hebben zij immers de tijd van hun leven, in onze tuinen. Die moet je niet verslapen. En de winterslaap: die moeten wij niet onderbreken … tot het lente is en de slak weer uitbreekt: om samen met ons een heel nieuw voorjaar te vieren!


TUINKALENDER NOVEMBER-DECEMBER

 

TUINKALENDER

 Nieuwe aanwinsten kunnen nog geplant worden, zolang het niet vriest.

 Groenblijvers hebben een streepje vóór, nu er zoveel blad naar beneden dwarrelt.

 Maar overweeg ook eens een boom of struik waar je vruchten van kunt plukken!

► Blauwe bessen rijpen gefaseerd: daar heb je wekenlang lang (pluk)plezier van.

 Of leid een druif boven je terras: voor een mediterrane ervaring in de zomer.

 Een vuurdoorn met rode bessen is ook leuk: vinden de vogels lekker.

 Plant voor fleur in het vroege voorjaar nog wat bollen; kan ook in een (vorstbestendige) pot.

 Verzamel de bladeren die op het terras en het gazon terechtgekomen zijn.

 Bewaar ze buiten in een ‘bak’ van gaas, waar ze kunnen composteren.

 Maar waar ze ook bereikbaar zijn om bij aangekondigde vorst kwetsbare planten mee te beschermen.

 Leeg dan ook de regenton en zet gieters ondersteboven.

 Sluit de buitenkraan af en verzamel potplanten bij de achterdeur: kunnen ze bij vorst snel naar binnen.

 Voorzie het achtergebleven vogelvolk van geschikt voer en een drink- en badgelegenheid 

 Leg daar bij vorst een stuk kippengaas overheen, zodat ze er niet in bevriezen.

 Tot slot: goede kerstdagen en een rustige jaarwisseling: naar 2021!

maandag 7 september 2020

 


                                                         NIEUWE ARTIKELEN 
                                             VERSCHIJNEN  IN NOVEMBER 2020




Dan zal deze hortensia waarschijnlijk verkleurd
zijn naar 'oud-rose' - een passende  kleur voor 
de  herfst, in een gevorderd  stadium. Zo heeft 
elk seizoen zijn eigen charme, als je het maar
wilt zien! Oogjes open en naar buiten! 


ETEN EN DRINKEN


In míjn tuin...

… hebben de planten in de afgelopen hete en droge zomer redelijk stand gehouden - met dank aan de gietbeurten die ze dagelijks ten deel vielen. Eerst nog uit de regentonnen, maar al vrij snel waren we aangewezen op het koude water uit de kraan; dat kon even niet anders. Wél gedoseerd, met een gieter. In de vogelbadjes werd er ook goed gebruik van gemaakt, altijd allemaal tegelijk en altijd op het heetst van de dag! Slimme beestjes, die vogels.


Een stel merels maakte daarbij ook nog goed gebruik van mijn volbehangen blauwe bessenstruik. Maar daar heb ik een paar lange stokken voor gestoken: met een groot net eroverheen. Blauwe bessen rijpen niet allemaal tegelijk, dus moet je elke dag even plukken. Warm aanbevolen trouwens, zo’n leverancier aan huis! Een aanrader voor alle tuinbezitters: plant iets eetbaars in je tuin. Ook als je een kleine tuin hebt, is er veel mogelijk. Onze appelboom, ‘Groninger Kroon’, heb ik wat jaren geleden flink onder handen genomen en met zaag en snoeischaar getransformeerd naar model ‘leiboom’. Zo’n model past zelfs in een ieniemienie tuintje! En drapeer eens een druif, boven langs het raam - voor binnen  wat schaduw en later buiten de zoete trossen voor het grijpen.

Blauwe bessen voor het plukken!
Blauwe bessenstruik

Breng nog even een bezoekje aan de tuinen rond borg Ewsum in Middelstum voor een schat aan inspiratie en mooie planten voor je (moes)tuin - met een drankje en gebak toe op het terras of binnen. Want er kan nog volop geplant worden, zeker als een aantal van je planten het deze zomer begeven hebben. En elk nadeel heeft zijn voordeel: je kunt zomaar op heel andere ideeën gebracht worden om je tuin eens helemaal anders in te richten. Zelf heb ik daar nog nooit spijt van gehad. In huis wil je ook wel eens andere gordijnen. En bovendien kun je bij de keuze van nieuwe planten rekening houden met hun behoefte aan water. Er zijn nog verrassend veel soorten die ook floreren met ietsje minder en daarbij ook nog de bodem beschermen tegen uitdroging. Zelf heb ik al jarenlang plezier van Sedum spectabile, een bloeiende vetplant waar je geen omkijken naar hebt. Een goede bodembedekker tegen uitdroging is (broertje?) Sedum spurium, laag met rozige bloei, maar die knip ik eruit, want het gaat mij bij deze plant vooral om de groene bodembedekking. Kwestie van persoonlijke smaak. Dierenliefhebbers planten natuurlijk een vlinderstruik (Buddleja), insectentrekker, met daaromheen kattenkruid, Nepeta, en ezelsoren, Stachys byzantina.
En installeer een regenton - voor hemel(s)water in je tuin! 

HERFST IN ZICHT!


Heggenmussen
  
Wat fijn dat jaargetijden vanzelf plaats maken voor elkaar. Als het aan velen van ons zou liggen, bleef het altijd zomer: een soort subtropisch klimaat. Maar zelf vind ik de afwisseling in meerdere opzichten verfrissend. Zéker na de hoge temperaturen die ons deze zomer ten deel vielen! Er mag wel weer eens een buitje overheen, en nóg een en nóg een: zodat we daar ook weer eens lekker over kunnen mopperen - als vanouds. 


Plensbui
Maar vooral voor de natuur, die er werkelijk onder geleden heeft, is water van groot belang. In de tuin kon je de meest noodlijdende planten nog wel bedienen met een gietertje water. Mondjesmaat deze zomer, waarin veel kranen wijd open stonden om zwembaden te vullen.
Leve de herfst dus! Terug naar ‘gewoon’. Daar gaat eigenlijk niets boven, vind ik.
En in vochtige grond is het goed bollen poten. Maar al gravend in mijn tuin om toch weer wat nieuwe planten in de grond te zetten, stuitte ik letterlijk op zeer grote hoeveelheden kleine bolletjes: van sneeuwklokjes. Je hebt er geen idee van wat zich daar onder het oppervlak in je tuin afspeelt, als je er een paar jaar niet graaft. Die sneeuwklokjes toch! Maar omdat ze nu toch opgegraven waren, heb ik de meeste maar afgevoerd, naar het compostvat. Afwachten of bolletjes óók composteren. En voorlopig niet meer op sneeuwklokjesjacht!


Colchicum, herfsttijloos

In de herfst is het tijd voor andere planten: de herfstbloeiers. Want die zijn er volop. En net als voor het voorjaar kun je ook voor de herfst bollen planten. De herfstbollen worden nu zelfs kant en klaar in bloei aangeboden. ‘What you see is what you get!’ zeggen de Engelsen.
Herfsttijloos, Colchicum, ziet er krokusachtig uit, met lichtlila bloemen, mooi in combinatie  met de herfstasters, die nu ook in bloei komen en in kleur variëren van lila tot krachtig donkerrood, maar ook lavendelblauw, zoals de soort ‘Prof. Anton Kippenberg’. Een bescheiden astertje, 25 cm hoog. Aster ‘Jenny’, 40 cm hoog, bloeit ‘dubbelrood’: dat moet je even durven. Past wel goed in het segment ‘herfstkleuren’.
En als je dan tóch durft: plant er ‘zonnekruid’, Helenium, naast, met een bolrond bruin hart en bruin/oranjekleurige bloemblaadjes, natuurlijk wel met groen blad, goed voor een hoogte van één meter en bloei tot in de late herfst. Bedient zo ook in deze tijd van het jaar nog bijen en vlinders. Wel graag op een (vochtig) plekje in de zon.
En dan de sedums. Het aanbod is groot. Deze planten laten zich ook nu nog van hun beste kant zien en staan straks garant voor een mooi wintersilhouet. In dat opzicht doet Sedum Spectabile zijn naam eer aan, waar de Nederlandse naam ‘Hemelsleutel’ dan nog iets extra’s aan toevoegt. Bovendien zijn er meerdere cultivars ofwel ‘gecultiveerde variëteiten’. Ze variëren in kleur, maar ook in afmeting. ‘Brilliant’, roze, wordt 50 cm hoog, heeft stevig blad en bloeit langdurig met mooie roze bloemschermen. Deze variant is goed te combineren met het loodkruid, Ceratostigma willmottianum, vernoemd naar de legendarische Engelse ‘tuindame’ Miss Willmott.
Gebroken wit bloeit Sedum spectabile ‘Iceberg’, 35 cm hoog; S. ‘Stardust’ bloeit wit, 25 cm hoog en S. ‘Meteor’ bloeit karmijnrood, 40 cm. En tot slot, opvallend met bont blad, de variëteit ‘Variegatum’, roze, 40 cm hoog. Maar minstens zo aansprekend is ouwe trouwe Sedum Herbstfreude.


Sedum Herbstfreude - doet zijn naam eer aan

En wat te denken van Sedum Brillant: de naam doet er óók wat toe. Deze sedum gaat in het begin van de zomer van start met groene bloemen die in de loop van de zomer naar licht karmijnroze verkleuren. Wordt speciaal aanbevolen om zijn wintersilhouet en is goed te combineren met het siergras Ceratostigma en vaste planten als Eupatorium, asters, chrysanten en herfstanemonen. De anemonen bloeien al in de zomer, maar houden dat vol tot in de herfst. Qua kleur, roze, wit of paars, zijn ze overal ‘inzetbaar’ en uit eigen ervaring weet ik dat je er jarenlang plezier van hebt.

Ook warm aanbevolen: purperklokje Heuchera, een typische bladplant en ‘winterpurper’. De bloei is wat men noemt onaanzienlijk, maar dat wordt door het fraaie blad, vooral ook in de winter, ruimschoots gecompenseerd. Ook van harte aanbevolen als beplanting voor hoge bakken bij je entree.
En laat nu de herfst maar komen!

TUINKALENDER SEPTEMBER-OKTOBER


TUINKALENDER



 Blauwe bessen rijpen niet allemaal tegelijk -
zo kun je er lang van genieten
  Na-zomer: tijd om het fruit in je tuin te oogsten. 

► Plant boerenkool in de moestuin, groen of paars, zodat er in de winter ook nog iets te oogsten is.

Nog net te zien achter de blauwebessenstruik:
paarse boerenkool, die bij het koken trouwens
van kleur verschiet ... 
Houd de bloeiende planten zo lang mogelijk 'fris' door dor blad en uitgebloeide bloemen te verwijderen.


 De ‘geslaagde’ vaste planten kun je nu delen en opnieuw uitplanten; wel goed water geven.

► Blijf ook de potplanten water geven, tot ze naar hun ‘overwinteringsplek’ gaan.

  Snoei hagen nog één keer, zodat ze strak de winter ingaan.

 Snoei ook bramen, frambozen en japanse wijnbes; het fruit gedijt op nieuwe takken. 

  Hortensia houdt nog even stand
 De herfst komt met wind: is er nog ergens een steuntje nodig?

 Het gras nu niet meer kort maaien.

 Verzamel de zaden van eenjarigen die je volgend jaar graag terugziet.

 Er is nog genoeg tijd om bollen te planten, maar de mooiste uitzoeken kan nu al.

 Denk vooruit en schrob de nestkasten waarin het vogelvolkje in de winter overnacht.

... terug naar hun 'geboortegrond'
 Houd het vijverwater schoon en haal de groene algen eruit: om een stokje winden.

 Pluk appels en peren die nu rijp zijn met behulp van een vijvernetje met een lange steel.

 En geniet van een mooie herfst!  

maandag 3 augustus 2020

NIEUWE ARTIKELEN


                                            NIEUWE ARTIKELEN VERSCHIJNEN 
IN SEPTEMBER 2020



Dan zijn de druiven zo langzamerhand wel uitgerijpt en
  kunnen we  ons dagenlang te  buiten gaan aan trossen
vol zoet sap en vitaminen,  die zomaar voor het grijpen
hangen boven de tafel op het terras. We delen ze graag
met andere liefhebbers, waarbij vogels waarschijnlijk de
gretigste afnemers zijn. Leven in de brouwerij!

zaterdag 25 juli 2020

PERGOLA

In míjn tuin...


… beschik ik al sinds jaar en dag over een stevige pergola, inclusief opgeleverd bij het huis. Zelf zou ik zo’n bouwwerk niet gauw bedacht hebben; het behoeft een stevige constructie en dus ook een vakman. Onze pergola houdt nu al vierenveertig jaar stand, met ook dank aan mijn man, die er inmiddels flink wat lagen verf op gekwast heeft. Mijn bijdrage bestaat uit het onderhoud van de begroeiing: een prachtige rambler, rosa Albéric Barbier, die al in mei de eerste rozen voortstuwt en daarmee doorgaat tot in oktober. De geur is niet bedwelmend, maar doet in de neus wel heel prettig aan. In knop zijn de rozen zachtgeel, in volle bloei wit - zachtwit eigenlijk. 


Op zoek naar meer informatie stuitte ik op een artikel waarin deze toch wel stekelige roos werd aanbevolen als bodembedekker! Tip: zet je brandkast midden in de tuin en beplant vervolgens het gehele oppervlak met rosa Albéric Barbier. Voor eigen gebruik een loopplank uitleggen, verder niets meer aan doen!


Ondertussen heeft deze roos een lange geschiedenis, die teruggaat tot 1900. In dat jaar werd zij gekweekt door Barbier Frères & Compagnie. Ouders: Rosa wichuraiana, wit en vernoemd naar advocaat en botanist Max Ernst Wichura (1817-1866) en theehybride ‘Shirley Hibberd’, geel en vernoemd naar James Shirley Hibberd (1825-1890), tuinschrijver en uitgever van drie tuintijdschriften, waarvan ‘Amateur gardening’ nog steeds wordt uitgegeven! In knop zijn de rozen lichtgeel (Hibberds aandeel); zodra de bloemen zich openen kleuren ze crème-wit (Wichura’s deel). Zijn naam dankt deze klimmer aan Albert Barbier (1845-1931), stichter van Barbier Frères et Compagnie. 


In de loop der jaren is mijn ‘Albéric’ uitgegroeid tot een vele meters lange roos, die bij mij snel uitgeklommen was - ik schat de hoogte van onze pergola op ruim twee meter. Maar daar heeft ‘Albéric’ zich bij neergelegd, in een hoek van 90 graden, en alle nieuwe aanwas ook. Maar er moet dus wel regelmatig ingegrepen, lees: gesnoeid, worden in de stekelige takken. En dat valt niet mee, met ook beplanting ónder de pergola. Mijn huis-, tuin- en keukentrapje kan ik daar wel vergeten. Zo ben ik aangewezen op rek- en strekoefeningen en, waar dat niet toereikend is, op het gebruik van de grote heggenschaar. Bij elke snoeibeurt breek ik mij al knippend het hoofd over een geschikte oplossing, tot ik toch ineens weer klaar ben met het snoeiproject! En een ‘misknip’ is wel jammer, maar niet erg, omdat deze roos zo krachtig doorgroeit, over die meegeleverde pergola in mijn tuin.

vrijdag 17 juli 2020

RARE TIJDEN

Heggenmussen
In de zestiger jaren, dát is lang geleden, zongen Willy Walden en Piet Muijselaar in hun Snip & Snap Revue ‘Ja, het zijn me tegenwoordig rare tijden’. Veel is er veranderd sindsdien, maar niet alles. Rare tijden zijn eigenlijk van álle tijden, ook al hebben we soms een andere indruk, want niet iedereen wordt altijd getroffen. Uit voorzorg gaan we nu in deze coronatijd wel anders met elkaar om. We houden afstand, beperken bezoekjes en kunnen vaak niet meer gaan en staan waar we zouden willen. En dat zijn we niet gewend; wij zijn opgegroeid met ‘vrijheid, blijheid’. Lekker doen waar je zin in hebt. Wat ben je dan als bezitter van een tuin bevoorrecht, vooral natuurlijk in déze tijd van het jaar.
Je kunt er naar buiten, zonder mondkapje, en als altijd je planten verzorgen, het gras maaien en genieten van de flierefluiters, lees ‘vogels’, die er zo onbekommerd hun gang gaan. In mijn vijvertje, kennelijk een gezonde biotoop, zwemmen steeds meer salamandertjes, maar de kikkertjes hebben het hazenpad gekozen. Of zijn in het ergste geval verorberd door poezenbeesten, die overal vrije doorgang hebben. Ter bescherming van mijn amfibieën heb ik nu een aantal plantensteunstokjes rond het vijvertje in de grond gestoken met ook nog een draadje eromheen. Het is geen gezicht, maar heeft wel het gewenste effect. Lang leve onze salamandertjes!
Het is een groot voorrecht om zo’n stukje ‘buiten’ te hebben, waar het leven nog gewoon doorgaat. En waar je dus ook gewoon aan de slag kunt - of zelfs móet. Regen of niet: de planten groeien als kool. En wind of niet: ze moeten ook gesteund of aangebonden worden. Als altijd.

Voor het grijpen: een Groninger Kroon!
Heb je fruit in je tuin, bessen, aardbeien, bramen, druiven, kortom: sappig vogelvoer, vers van de struik, waar je zelf ook nog wel iets van zou lusten, breng dan op tijd een net aan of ‘plant’ stokken met ritselende stroken plastic of aluminiumfolie tussen het fruit. Waar een vogel trouwens al vrij snel naar fluit!
Ga in ieder geval dagelijks op slakkenjacht, ook als het níet geregend heeft, want slakken zijn er altijd en overal en met maar één doel: overleven op jouw planten. Voor vogels zijn de slakken dan weer een doelgroep: om op te eten. Maar dat kun je maar beter niet afwachten, want slakken zijn ook heel goed in vermenigvuldigen.
Gelukkig zijn tuincentra en kwekerijen opengebleven, zij het met de nodige restricties, maar we kunnen nog steeds op ‘plantenjacht’. Want hoe tevreden je ook bent met al die ouwe getrouwen, er kan altijd nog wel iets bij. En soms wil je gewoon eens wat anders, iets nieuws. Zelf deins ik er niet voor terug om met de schop ruimte te maken voor nieuwe aanwinsten. Zo ontdek je ook hoe het bolgoed, sneeuwklokjes bijvoorbeeld, zich in de loop van jaren gigantisch heeft vermeerderd. Dat kan best wel wat minder, dus hup! op de schop en in de compostbak ermee.
En dan op naar het tuincentrum. Of naar een particulier tuinbedrijf, waarvan we er meerdere hebben in onze provincie. Daar tref je toch een ander plantensegment aan dan in de gebruikelijke groothandel. En dat is wel zo interessant. Natuurlijk is het ook in deze bedrijven coronatijd, dus check voor vertrek de openingstijden en eventuele maatregelen. En ervaar tenslotte hoe fijn het is om weer eens iets ‘als altijd’ te doen.

Het voorstadium van een blauwe bessenstruik: sierlijke bloemetjes
Ben je op zoek naar een struik, dan kun je kiezen voor groenblijvend of bladverliezend. Maar ook voor bloemen of fruit! Van deze laatste categorie beschik ik zelf (samen met mijn kleinkinderen!) over een nu zwaarbeladen blauwe bessenstruik, een langs de muur geleide braam, een ‘Groninger Kroon’ appelboom en een Japanse wijnbes. En ook nog een krentenboom, Amelanchier Lamarckii. Maar daar plukken wij zelf geen vruchten van: nog voor de eetrijpe fase, donkerblauw van kleur, worden ze soldaat gemaakt door het vogelvolk. Ook de ‘Groninger Kroon’ laat het nu een beetje afweten; het zou een beurtjaar kunnen zijn. Maar vermoedelijk is de oorzaak vooral mijn gehakketak in een uiteindelijk geslaagde poging er een platgeleide vormboom van te maken - je kunt nu eenmaal niet alles hebben.
En géén van deze fruitleveranciers doet onder voor de overige beplanting in mijn tuin, want ‘groen’ is hier altíjd de hoofdkleur: ook in rare tijden. 

TUINKALENDER

TUINKALENDER

 In deze zomermaanden staat water geven bovenaan de lijst!

 Controleer regelmatig het waterpeil in je vijver en vul zo nodig bij.

 Stel de stand van de grasmaaier wat hoger in.

 Ook in een hete zomer blijven slakken actief: actie ondernemen!


Clematis
 Houd de tuingrond rul zodat regen- of sproeiwater gemakkelijk wordt opgenomen.

 Ga regelmatig met een snoeischaar de tuin in en verwijder alles wat uitgebloeid of anderszins lelijk is.

 Daarmee kun je op den duur je compostbak helemaal vol krijgen.

 Bevorder het composteringsproces met af en toe een gietertje water.

 Houd ook de hagen in toom. Taxus en hulst bij voorkeur eind augustus. 


Taxusvogel op de uitkijk

 Buxus liefst snoeien op een zonloze dag of afdekken met een oud laken.

 Neem vooral ook de tijd om vanuit een luie stoel van de tuin te genieten!

 Regel voor je vakantie een ‘tuinoppas’ en zet alvast de eerste gieters vol klaar!

 Laat ook een lijstje achter van het fruit in je tuin dat in je afwezigheid geoogst en genuttigd kan worden!

 Of mijd de vakantiestress en relax lekker thuis met op je computer mimi-inmijntuin.blogspot.com.

Juli 2020 

zaterdag 30 mei 2020

NIEUWE ARTIKELEN



NIEUWE ARTIKELEN VERSCHIJNEN 
IN JULI 2020



... en dan ziet mijn achtertuin er ongeveer zó uit.
Op het vlonderterras is het goed toeven, met dit
jaar wel minder schaduw, nu we de (klim)roos 
'Sander's White' in het voorjaar zo drastisch ge-
snoeid hebben. Na vele jaren was de roos uit z'n 
krachten gegroeid, wat resulteerde in lange kale
takken zonder rozenknoppen. Even geduld dus,
met een nieuwe start voor deze sterke klimroos. 


VOORJAARSCONCERT


In míjn tuin...

… springt een kikkertje in het vijvertje zodra ik in de buurt kom. Omdat het water nog steeds niet echt helder is, kan ik alleen maar gissen waar het beestje zich daar ophoudt. Wij zouden ons al snel verraden, happend naar lucht, maar bij kikkers is de luchttoevoer ook onder water prima geregeld: ze hebben een ademend huidje. Ik ben blij met dit tuindier, ook al is de aaibaarheidsfactor nul. Kikkers zijn trouwens koudbloedig, dus daar zou je sowieso geen warme gevoelens bij krijgen. Wat ik niet wist, en wat mijn kikker nog steeds niet weet, is dat ik zorgplichtig voor hem ben. Dat staat in de Wet natuurbescherming, die op 1 januari 2017 is ingegaan. Daarvóór viel hij onder de Flora- en faunawet, die ook al zorgplicht voorschreef. Gelukkig zijn kikkers al vrij snel volwassen en prima in staat om voor zichzelf te zorgen: ze kunnen zo’n 7 tot 11 jaar oud worden. Wel uitkijken voor reigers en ooievaars. 


Dit ieniemieniekikkertje trof ik ooit aan in de
vogeldrinkschaal - water is water ...
Tegenwoordig luidt hun wetenschappelijke naam Anura, wat betekent: zonder staart. In hun kikkervisjesstadium, zonder pootjes, hebben ze wél een staartje, als een soort buitenboordmotortje. Dan noemen we ze dikkopjes. Bij de transformatie van ‘vis’ naar kikker gaat het staartje verloren. Dat springt natuurlijk ook gemakkelijker. Vroeger was er kennelijk meer waardering voor het springen dan tegenwoordig, want toen heetten ze Salientia en die naam verwijst naar het Latijnse salire wat ‘springen’ betekent.
Wie in het voorjaar erop uitgaat, bijvoorbeeld om in de polder een frisse neus te halen, wordt in april en mei getrakteerd op het kwaakconcert van Rana temporaria, de bruine kikker. Dit is zijn paartijd, zijn ‘minute of fame’, en daarmee ligt hij ongeveer een maand voor op de groene kikker, die dan nog in winterslaap is. We moeten er wel snel bij zijn, want alleen in winter en (vroeg) voorjaar is de bruine kikker in de buurt van water te vinden. Daarbuiten zoekt hij zijn heil op het land. De groene kikker, Pelophylax, stamt uit de familie van ‘echte kikkers’ en is als zodanig in 1843 gedefinieerd door de Oostenrijkse zoöloog en botanicus Fitzinger. In deze familie ontwaken de mannetjes meestal als eerste uit de winterslaap en gaan dan op zoek naar het dichtstbijzijnde water: om daar luid kwakend de omgeving van dit heuglijke feit op de hoogte te stellen.
Stap op de fiets, ga op het geluid af en geniet van een onovertroffen voorjaarsconcert, gratis en in de openlucht. En koester die verdwaalde kikker in je tuin!


NOSTALGIE

Heggenmussen  

Al enige tijd is de wereld in de greep van het coronavirus: een ongekende epidemie heeft zich in een paar maanden tijd over de wereld verbreid en gezien de ernst van deze uitbraak wordt iedereen aangeraden zoveel mogelijk thuis te blijven. Het bezit van een tuin krijgt er zo een functie bij: een gebiedje waar je veilig naar buiten kunt en waar de natuur als vanouds, dit jaar zelfs een paar weken eerder, is ontwaakt. Het geeft troost om dat van zo dichtbij mee te maken. Zoals na de winter de tuin weer opleeft, zo zal na deze crisis voor de meesten van ons ook het ‘gewone’ dagelijkse leven weer zijn beloop krijgen.

Buiten is na een uitzonderlijk zachte winter het groen al vroeg uitgelopen. De eerste maand van dit jaar heeft de vijfde plaats behaald in het rijtje van warmste januarimaanden. Blijft nog even de vraag of we daar blij mee kunnen zijn. Hoe lang behouden planten hun goede conditie? Hebben ze een bepaalde levensduur of is die van planten net zo variabel als die van mensen? En óók afhankelijk van meer, al dan niet externe, factoren? We gaan het zien in de komende maanden - en jaren. Misschien groeien en bloeien ze wel wat langer: dat zou mooi zijn. 

Peaonia Sarah Bernhardt: een ouwe getrouwe in mijn tuin
Ondertussen vond ik in een boekenkast een multobandje terug waarvan de rug met breed plakband bij elkaar gehouden wordt. Op het eerste blad heb ik een plantenlijst vermeld met wat bijbehorende verzorgingstips. Zoals: ‘pioenen - in september koemest en compost, ‘culterra’ in het voorjaar.’ En: ‘riddersporen - na de bloei tot op een paar centimeter terug knippen, goed mesten en gieten voor 2e bloei.’ En ook: ‘hortensia Annabelle in het voorjaar helemaal terug knippen, niet extra mesten (bloem wordt dan te groot en te zwaar)’. Op het volgende blad heb ik zelfs een volgekrabbelde plattegrond van mijn voortuin getekend; de plantennamen buitelen er over elkaar heen, in een ieniemienie handschriftje. Vele herken ik, zijn zelfs nog steeds present, na bijna 30 jaar! Maar het leukst is toch het verhaal. Dat begint op 2 april 1991 met ‘Het ‘seizoen’ is allang begonnen - toch maar weer wat opschrijven’. En dan wordt dat eerste blaadje gevolgd door een dik pak dichtbeschreven multoblaadjes waarvan de laatste gedateerd zijn op 16 juni 2002. Het verhaal eindigt met ‘De zelfgezaaide lathyrus heeft knopjes! Spannend!’ 

Rond die tijd begon ik met het schrijven van tuinartikelen voor de krant ‘BuurContact’ en was het gekrabbel in het multobandje niet meer zo nodig: ik kon alles nalezen in de krant! En natuurlijk op mijn blog ‘In míjn tuin…’. Welbeschouwd is er in al die jaren daarna niet eens zoveel veranderd, althans wat de tuin betreft. We tuinieren eigenlijk nog steeds op dezelfde manier, waarbij aangetekend moet worden dat ieder natuurlijk zijn of haar eigen werkwijze heeft. Hoewel … ik noteerde toen ook een mierenplaag in de kruisbes, die ik te lijf ging met dubbelzijdig tape om het stammetje. ‘Weet niet zeker of het helpt’ schreef ik erachter. 


Kruisbes: helaas heb ik alleen deze foto nog ...
Later, in mei dat jaar, ontdekte ik in de pot van een jonge iep een compleet mierennest. ‘Pot leeggehaald, mieren en eieren verwijderd, de wortelkluit in water gezet en de iep opnieuw opgepot.’ Maar ook dat bood geen soelaas en ik nam mijn toevlucht tot boerenwormkruid, Tanacetum: ‘… daar schijnen ze niet zo van te houden’. Weken later was het euvel nog steeds niet verholpen en kreeg ik advies van een vriendin: “Honing met gist!” In juni maakte ik melding van een bedwongen mierenplaag in de Chinese iep die toen nog in een grote bak stond. Daar had ik meerdere ‘recepten’ voor aangewend: behalve de honing met gist ook munt, oost-indische kers en boerenwormkruid. En dat alles in één pot! Soms deins je nergens voor terug. 

Oenothera, still going strong ...
Boerenwormkruid heb ik al lang niet meer. ‘Geel’ moest plaats maken voor paars en rose, geel was ‘uit’. Maar dan wel met in ieder geval één uitzondering: de Oenothera ofwel teunisbloem. Een eigengereid typetje, dat gáát voor haar ‘minute of fame’: ’s avonds, tegen een uur of tien, als de rest van de beplanting in rust is, pakt zij haar moment en draaien de bloemknoppen blaadje voor blaadje open. Dan komt ook de frisse citroengeur vrij die nachtvlinders aantrekt. En mij natuurlijk. 
Maar nu nog even niet. 

TUINKALENDER


TUINKALENDER


 Goede tijden, slechte tijden: een tuin behoeft altijd onderhoud. 

 Begin met het opladen van snoerloze elektrische hulpmiddelen, zoals een heggenschaar. 

 Wacht een zonloze dag af voor het snoeien van buxus: haag of bolletje? 


 Het gras kan weer gemaaid worden: de groei zit er goed in nu.

 Half mei mogen de binnen overwinterde potplanten naar buiten. Eerst afharden! 

 Geniet van het getsjilp en gefladder van de vogels en dat niet alleen: het zijn slakkeneters bij uitstek! 


 Daar krijgen ze het warm van: zorg elke dag voor een fris bad.


 Strooi gedroogd koffiedik op plaatsen waar je liever geen katten aantreft. 

 Houd het water in de vijver op peil en wind de algen om een stokje. 

 Controleer je compostbak: is er al compost rijp voor verspreiding? Liefst na een flinke regenbui. 

 Snoei de hagen. Liguster en taxus kan altijd, haagbeuk en beuk vóór de langste dag. 

 Geef potplanten op tijd water met regelmatig wat vloeibare mest. 


Pulmonaria, longkruid
 Steun de fladderaars en de zoemers: plant vlinder- en bijenplanten zoals Pulmonaria, longkruid, of de klimplant Parthenocissus, wilde wingerd. Of nóg groter: Rhamnus frangula, vuil- of bijenboom!

Juni 2020