vrijdag 9 september 2016

NIEUWE ARTIKELEN



NIEUWE ARTIKELEN VERSCHIJNEN OP
7 OKTOBER 2016



Clematis Ville de Lyon heeft al wat bloemblaadjes
laten vallen, maar geeft de moed nog niet op. Zo
glijden we zachtjes van de zomer naar de herfst -
met zijn eigen charme. Geuren en sfeer in de tuin
veranderen; dat is niet erg. Ook de herfst heeft z'n
charme en dat heeft wat rust voor ons, al die
enthousiaste tuiniers, óók ...



Hier aanklikken: ALLE COLUMNS
Hier aanklikken: ALLE HEGGENMUSSEN
Hier aanklikken: ALLE TUINKALENDERS
Hier aanklikken: ALLE TUINFOTO'S
Hier aanklikken: ANDERE TUINEN

ALLEMAAL BEESTJES


In míjn tuin ...

“… zie ik beestjes, allemaal beestjes, om me hee-hee-heen! Nou nou!”
Dat ongeveer zongen Ronnie en de Ronnies in 1967. De tekst kwam van Peter Koelewijn en het nummer stond veertien weken in de Top 40. En o ja, die beestjes zag hij als hij gedronken had.
Dat heb ik niet nodig, om beestjes te zien. Niet in de tuin. Over het algemeen vind ik ze wel leuk, met natuurlijk een uitzondering voor slakken en muggen. Nee, wespen vind ik niet eng. Niet meppen, gewoon rustig blijven zitten, dan gaan ze vanzelf weer weg. In gezelschap maak je daar ook nog indruk mee, zoveel koelbloedigheid. Die wespen zijn trouwens uit op warm bloed - misschien is dát wel de verklaring van het succes. Voor de minder koelbloedigen onder ons: dek zoete etenswaren op de buitentafel even af, dat scheelt een hoop gedoe. Tot zover de wespen.

Dit kikkertje is nog een kleintje - hij moet er nog van groeien ...
Want de grond zit hier ook vol met wormen, waar ik veel plezier van heb omdat ze gratis en voor niks de grond bewerken en die, en passant, ook nog voorzien van wormenmest. Één van die wormen hebben we nu trouwens niet meer: die werd voor mijn ogen weggehapt. Want terwijl onze vijver al jaren geleden is gedempt, flatst er toch nog een groene kikker door de tuin. Waarschijnlijk huist ie onder de vlonder, waar nog wel eens wat regenwater achterblijft. Stukje bij beetje werkte de kikker de worm naar binnen. Dat was wel even slikken, voor deze vermomde prins net zo goed als voor mij! Maar welbeschouwd is het hier aan een stuk door eten en gegeten worden. Vogels weten er ook raad mee, met wormen.


Vóór, bij het raam, is een koolmees actief in het oude nest van een merel. Dat wordt helemaal uitgeplozen op insecten. Gelukkig laten ze de koolwitjes, die zo vrolijk in de zon om elkaar heen fladderen, met rust. Heel verstandig: anders komen er geen rupsen en die zijn ook niet te versmaden!







Wie we nog niet gezien hebben deze zomer is de egel. Het slaapkopje verried zich altijd met zijn zacht gesnurk. Misschien duikt hij straks in de herfst nog op: op zoek naar een plekje om te overwinteren. Laat ik maar vast dorre bladeren voor hem verzamelen; de krentenboom laat ze al vroeg  vallen.



Nectarcafé: óók voor wespen


Zo niet de Persicaria amplexicaulis, duizendknoop: een tot laat in het seizoen geopend nectarcafé waar vooral de bijen stamgast zijn.
“Nou nou, wat veel beestjes om me heen!”  Ik zal toch niet gedronken hebben, in dit stamcafé van een tuin?!




September 2016



NAZOMER!

Heggenmussen


Met het verstrijken der jaren lijken ze steeds sneller te gaan. Toen ik een eeuwigheid geleden 13 was en zo graag 16 wilde zijn, leek dat onbereikbaar ver. Ik zal maar niet vermelden hoeveel keer ik nú drie jaar verder ben. Is dit nog te volgen? Hoeft ook niet: er zijn nuttiger dingen te doen en wel in de tuin. Want inderdaad, voor je het weet is de zomer voorbij en kun je alleen nog hopen op een welverdiende nazomer.


Want het was veel treurnis, wat het weer betreft. Dat begon al in het voorjaar, toen sommige planten verdronken bleken in de grote hoeveelheden regen. Twee hortensia’s ‘Annabelle’ bloeien nu nog steeds fantastisch, maar het exemplaar bij mijn voordeur is niet meer opgekomen. Vermoedelijk een combinatie van teveel nattigheid met voorjaarsvorst en een koude oostenwind, die daar genadeloos om de hoek komt. Een treurig gat in de beplanting, omdat je aanvankelijk blijft hopen op herstel. Wat later kun je er niet meer bij, zonder de planten die het wél goed doen te beschadigen. Ook mijn mooie herfstanemonen in dat deel van de tuin zijn blijven steken bij een paar bladeren, vlak boven de grond. Ik heb ze, toen het droger werd, niet vervangen omdat ik dacht dat ze alsnog zouden uitlopen. Niet dus. Ze worden zwaar gemist, nu in de nazomer.

Anemonen in betere tijden ...
Aan de andere kant: de oplettende tuinier kan ook positieve ontwikkelingen hebben waargenomen. Er zijn wel degelijk planten die kennelijk geen bezwaar hebben tegen een flinke portie nattigheid op zijn tijd. Onder een forse laurier groeit en bloeit bij mij de schaduw minnende Pulmonaria: longkruid. Niet eerder heb ik daar zúlk groot blad gezien en dan ook nog zonder zwakke plekjes en bruine vlekken! Het tilt deze huis-tuin-en-keuken-plant, want niks bijzonders,  toch echt naar een hoger plan!

Weinig bloei, maar wel veel en groot blad: Pulmonaria
Ook andere schaduwliefhebbers bloeiden op in de naar onze maatstaven mislukte zomer. Rodgersia tabularis, een schaduwplant, heeft altijd al imposant gebladerte, maar zo groot als nu zag ik ze nog niet eerder. En uiteindelijk kwamen de meeste planten weliswaar later maar toch (bijna) net zo mooi als andere jaren in bloei. Heb je ook tuinplanten die het dankzij de overvloedige regen in het voorjaar zo goed deden? Noteer ze, zodat je ze op ouderwets hete zomerdagen (!) extra water kunt geven.
Gelukkig waren er ook nu prachtige zomerse dagen en zodra de zon zich liet zien was het een komen en gaan van vlinders, libellen en bijen. Over die laatste komen nu toch ook wat positievere berichten naar buiten. Al was het alleen maar dat er minder bijensterfte is opgetreden dan in voorgaande jaren. Maar als je nu toch hier en daar de beplanting moet aanvullen, zet er dan ook wat bijenplanten tussen. Omdat er dus meer bijen zijn ;)

Kamperfoelie, Lonicera
En dat hoeft niet altijd op een zonnige plek. Bijen vliegen ook op bloeiende schaduwliefhebbers, zoals Pachysandra terminalis, Helleborus (kerstroos), hulst, kamperfoelie, Ilex crenata (aanbevolen vervanger voor buxus!), Hypericum (hertshooi) en niet te vergeten: klimop! Bollen kunnen meteen ook geplant worden. Dat is wel zo prettig, nu het nog niet koud is buiten: het is nazomer!

September 2016

TUINKALENDER SEPTEMBER 2016

Tuinkalender


 Langzaam maar zeker wordt het tijd om keuzes te maken: wat uitgebloeid is verwijderen óf laten staan voor een mooi silhouet in de winter!

 Weggooien (composteren) kan altijd nog.

 Zijn er voldoende herfstbloeiers  zoals Asters, Dahlia’s, koninginnekruid (Eupatorium), onvolprezen Sedum ‘Herbstfreude’ en niet te vergeten diamantgras (Stipa brachytricha)?

 Wees bedacht op herfstweer met veel wind en steun alvast de hoge bloeiers.

 Tijd om hagen en snoeivormen een laatste snoeibeurt te geven voor een strak silhouet in de winter.

 Stop met het bemesten van de potplanten en ga door met het wegknippen van uitgebloeide bloemen - zo bloeien rozen langer door.

 En zijn de aardbeien geoogst, knip dan het blad bij de grond af: tijd voor nieuwe blaadjes.

 Loop de tuin nog eens na op geschikte plekjes voor bolgoed.

 Tuinieren is vooruitzien: noteer nu wat volgend jaar anders moet.

 Dénk ook vooruit en begin met het verzamelen van rijpe zaden van favoriete planten. Noteer de namen!

 Wil je volgend jaar ook genieten van eenjarige geurende lathyrus, zaai die dan nu al voor in aparte potjes met gewone potgrond en laat ze vorstvrij overwinteren. Eventueel de zaden wat aanvijlen en voorweken.

 Het gaat beter met de bijen ofwel: er zijn meer bijen waargenomen. Nu zorgen voor voedsel! Plant bijenplanten zoals Thymus vulgaris (tijm), Salvia officinalis, Origanum, Veronica (ereprijs), Hesperis matronalis (damastbloem), Stachys byzantina (ezelsoor), vaste Lathyrus en herfstasters.


September 2016

TUINFOTO'S AUGUSTUS 2016

Tuinfoto’s

Superklein 'flats'kikkertje in de vogeldrinkschaal!

Mooi en groot Pulmonaria-blad, met dank aan de vele regen

Een blozend ontluikende dahlia ...

Kleine Vos bezoekt Verbena bonariensis

En dit is nu een oorbel van oma:
Grandma's earring! (Leycesteria formosa)

Dit fijne bloemetje vond ik bij De Beemd in Warffum, Rik en Albertje Boehlé:
Seseli montanum, bergseselie

Bijen- en hommelstuff: hemelsleutel!

Daar zijn ze weer: de anemonen!

Niet alle Eupatoriums zijn door de slakken geveld

Dit is mijn eigen 'collateral damage': per ongeluk
 doorgeknipte stengels  



Kijk toch eens hoe mooi: hop!


Het geluk van al één rijpe braam ...

Vier appels: om te koesteren

Een klein geaderd witje! Had ik geen naslagwerk, ik had het niet geweten, noch
door kunnen geven. Kleinzoontje, 2 jaar en 8 maanden, verraste zijn moeder met
het benoemen van een koolwitje in hun tuin ... Zegt het voort!
Dahlia op haar retour - aan de voorkant zie je er nog niks van ;)

Sterren aan de hemel: Clematis Étoile violette in mijn tuin!

En dit is treurig, maar komt weer helemaal goed:
en dan wél regelmatig snoeien!

De eikenbladhortensia, Hydrangea quercifolia, bloeit dit
jaar voor de helft - ook mooi

Onbetaalbaar: Bergenia, altijd in de schaduw en altijd op hun best!

Roos Albéric Barbier komt met een royale toegift!

PASSIE EN PATIËNTEN


September: de vakanties zitten er weer op. Zelf had ik een week all inclusive geboekt in onze hoofdstad, net als precies vijftien jaar geleden. Mijn eenvoudig maar doeltreffend ingericht appartementje bevond zich op de eerste etage van een architecturaal fraai en ruim opgezet complex; tussen de bomen door had ik uitzicht op het topje van d’Olle Grieze en de beide hijskranen in des stads grootste bouwput. Het complex beschikt op het dak zelfs over een landingsplaats voor helikopters: voor de VIP’s, Very Injured Persons



Over een rommelig terreintje heen boden mijn ramen zicht op een aardige straat met jaren ‘30 woningen, waarvan er vrijwel geen twee hetzelfde waren. Het huis waar ik recht op uitkeek begon met een winkeltje, daarboven een woonkamer en keukentje en dáárboven een slaapkamer over de hele breedte van het pand met een dito halfhoog raam, op heuphoogte.
‘Toen Snuffie op een morgen wat uitkeek door het raam,’ schreef Dick Bruna, ‘zag hij opeens een vrouwtje, een vrouwtje met een traan.’ Ik zag heel iets anders, toen ik op een ochtend opkeek van mijn laptop. Voor het slaapkamerraam, tussen de deels opengeschoven gordijnen, stond een geheel ontblote jonge man, die zijn nog witte benen licht hinkelend in een frisse groene boxershort stak, zich omdraaide en uit het zicht verdween! Eh, waar was ik ook alweer, op mijn laptop, in this room with a view!
Er komt best wel wat kijken, bij een opname in het UMCG, mijn bestemming begin augustus, maar zo’n ‘moment’opname kun je er makkelijk bij hebben!
De jonge man in kwestie was zich waarschijnlijk van niets bewust: door de ramen van het ziekenhuis kun je makkelijker naar buiten kijken dan naar binnen.

Ondertussen had ik een spreekverbod (uitsluitend in verband met mijn aandoening!) en naast het ziek zijn veel tijd om te observeren en na te denken. Het ziekenhuis is uiteindelijk een gigantisch bedrijf, dat loopt als een geoliede machine. Maar als er érgens oog is voor ‘de mens’ is dat wel hier. Tienduizend medewerkers zijn in dit ‘bedrijf’ in touw om patiënten te onderzoeken, te behandelen, te verzorgen en te begeleiden. En natuurlijk alle mogelijke bijkomende werkzaamheden te verrichten. Misschien niet allemaal met dezelfde passie, maar toch. Dag en nacht is de best mogelijke zorg beschikbaar om het verblijf niet alleen tot een succesvol einde te brengen, maar ook zo aangenaam mogelijk te laten verlopen. Geen moeite is de verpleegsters en verplegers teveel om met je mee te denken, oplossingen aan te dragen, kortom: er voor je te zijn, dag en nacht. Buiten de muren van een ziekenhuis heb je er geen idee van wat zich hier afspeelt. Mooie momenten, maar ook verdrietige, en ook daar moeten de medewerkers mee om kunnen gaan.

Terwijl ik dit alles overdacht kwam het woord ‘passie’ bij me op. Toen ik wat dagen later weer mocht praten en een van de verpleegsters ernaar vroeg, reageerde ze daar nogal nuchter op: zij zag het vooral als haar werk. Toch moet zo’n verzorgend beroep een bijzondere aantrekkingskracht op je hebben - uiteindelijk is het een kwestie van juist díe keuze maken. Er zijn de wisselende diensten, de vervolgopleidingen, de simpele klusjes zoals het opmaken van bedden, goed contact met collega’s en artsen en last but not least de humeuren van de steeds wisselende patiënten.
Net als de artsen zijn ook de verpleegkundigen gespecialiseerd in wat zich op hun afdeling voordoet. Zij zijn in staat zelfstandig beslissingen te nemen omtrent de verzorging van de patiënt. Dat vraagt dus ook om voortdurende bijscholing. Dan móet je wel speciaal betrokken zijn bij het werk dat je doet en wat mij betreft kun je dat ‘passie’ noemen.
Patiënten komen en gaan; de een blijft langer, de ander mag al gauw weer naar huis. Maar de bedden blijven nooit lang leeg. Geplande operaties, spoedopnames: afwisseling genoeg. En elke patiënt brengt zijn of haar eigen karakter mee. Tevreden, bang, boos, verdrietig, ongeduldig - iedereen is weer anders en de verpleging gaat daar soepel en geduldig mee om. De medewerkers in een ziekenhuis hebben een tweeledig beroep. Aan de ene kant ‘het vak’, dat zich voortdurend ontwikkelt en waarin de wetenschap steeds verder komt. Dat maakt het werk interessant. Aan de andere kant de patiënten én het resultaat. Dat maakt het werk dankbaar.

Het bezoek vermaakte zich prima met de afstandsbediening van het bed!
Een universitair medisch centrum heeft drie kerntaken: gezondheidszorg, onderwijs en onderzoek. Deze taken worden uitgevoerd door mensen met een passie of in ieder geval een ver gaande belangstelling voor zowel het functioneren als het disfunctioneren van het menselijk lichaam. Oplossingen bedenken is niet alleen een doel, maar ook een uitdaging. En zo komt de medische wetenschap stap voor stap verder. Artsen in opleiding en aankomend specialisten ervaren hier de praktijk en leveren hun bijdragen aan onderzoek.
Het UMCG is in de eerste plaats een gespecialiseerd ziekenhuis voor de noordelijke provincies, maar daarnaast voor sommige complexe behandelingen zelfs voor heel Nederland.
Tijdens de eerste dagen van mijn opname had ik gezelschap van een meneer uit een andere provincie met een aldaar niet op te lossen aandoening, waar hij veel last van had. Na een opname en behandeling van drie dagen verliet hij opgewekt het UMCG: zijn probleem was effectief opgelost!


Opkikkertjes voor het prikbord én het boeket dat mijn zus
uit Zuid Limburg persoonlijk kwam brengen!!
‘Gezond en actief ouder worden’ is een belangrijke doelstelling in dit ziekenhuis. Vast staat dat er in de nabije toekomst verhoudingsgewijs steeds meer ouderen zullen zijn die gemiddeld ook steeds ouder zullen worden. In het UMCG kijkt men vooruit en zet voor deze doelgroep in op ziekte voorkomen, op tijd ontdekken en uiteindelijk verergering voorkomen met inzet op functiebehoud.
Als patiënt gaan deze doelstellingen en kerntaken wel een beetje aan je voorbij: de patiënt is ziek en wil beter worden, hoe dan ook. En dat de behandelend arts tijdens de ochtendronde langs de opgenomen patiënten vergezeld wordt door artsen in opleiding is geen probleem: allemaal vriendelijke jonge mensen, die zich willen inzetten voor onze gezondheid.
Vier jaar geleden werd ik gevraagd om vanuit mijn eigen ervaringen een bijdrage te leveren aan een patiëntencollege: de praktijk in de collegezaal. Natuurlijk wilde ik dat: iets terug doen voor alle aan mij bestede zorg. Soms waren de studenten (tweedejaars) wat terughoudend met het stellen van vragen. Het gaat uiteraard om een heel persoonlijk verhaal en dat kan ook een beladen verhaal zijn. In mijn geval is dat gelukkig niet zo en nuchterheid vind ik een goed uitgangspunt. Bovendien ben ik altijd met de grootste zorg en aandacht behandeld: mijn verhaal is positief. Steeds makkelijker werden er tijdens de colleges ook persoonlijke vragen gesteld en dat heb ik ervaren als een goede ontwikkeling: niet alleen belangstelling voor de ‘casus’, maar ook voor de patiënt. Op alle vragen geef ik een eerlijk antwoord. En hoewel het elk jaar weer nieuwe studenten zijn, is het toch aardig dat ik nu, bij een volgend patiëntencollege, weer nieuwe ervaringen kan toevoegen aan mijn verhaal, met goede afloop.

Een welkom thuis uit Amsterdam!
En zoals aan alles kwam er ook aan mijn ziekenhuisverblijf een einde. Fijn, om weer naar huis te gaan. Maar op de dag van mijn ontslag moest er toch nog het een en ander gebeuren en al wachtend op de rand van het bed genoot ik nog even van het uitzicht op de enorme bomen die ooit daar langs die rustige straat geplant zijn. Geen idee welke soort het was, met hun lange afhangende takken, die elk op zichzelf meebewogen in de wind. Misschien Grauwe Abeel? Op een stuk kale tak landde de zwarte kraai die ik daar al vaker gezien had. Hij begon aan een uitgebreide poetsbeurt; met zijn snavel streek hij langs alle veren. Daarna schudde hij ze nog eens op. ‘Jij bent klaar,’ dacht ik, ‘jij kunt naar huis.’ Maar hij stak zijn kop in het opgepoetste verenpak en zal toen in slaap gevallen zijn, want een uur later zat hij er nog: hij wás al thuis. En nog een uur later was ook ik weer thuis, met veel goede herinneringen aan al die mensen met hun passie en toewijding, die dag en nacht in het UMCG klaar staan om hun patiënten zo goed mogelijk te behandelen en te verzorgen. Wat fijn dat ik weer mocht praten: “Dankjewel!” 


En een fijn welkom thuis!

TUINFOTO'S JULI 2016

TUINFOTO’S


Voortuin: een feestje van kleuren



In de achtertuin worden steeds meer stengeltjes
dichtgemetseld in het bijenkastje

Goed kijken: de blauwe bessenstruik is 'omhangen' met
een net, zodat er voor onszelf ook nog iets overblijft ;)

In het schaduwhoekje floreert Rodgersia tabularis,
maar toch fijn dat de witte hortensia er ook staat.

Onze merel behoudt het overzicht; íemand moet het doen!

Wie komt er in mijn hokje?? Vanessa atalanta!

Kamperfoelie, Lonicera

Stokrozen in het buitentuintje

Eupatorium: ook niet meer veilig voor slakken ...

Alle buxus is hier vervangen - geen schuilplaats meer van op
vogels beluste kattenbeesten :)
Het moet nu een vrolijk en kleurrijk bloemenbordertje worden


De kaardebollen reiken deze zomer tot in de hemel!

Onze geleide Groninger Kroon is dit beurtjaar goed voor vier appels!
Wie het kleine niet eert ...