donderdag 4 april 2024
NIEUWE ARTIKELEN
Gedoogbeleid
In míjn tuin...
... heb ik in wat afgelopen jaren een ‘gedoogbeleid’ gevoerd. Ik zit hier in mijn eigen regering, dus dat moet kunnen. Maar als je ziet hoe complex regeren is lijkt het me nu toch beter om de schop maar ter hand te nemen, niet meer te gedogen en aan de slag te gaan met een flinke opknapbeurt. De planten die uit eigen beweging rond mijn blauwe bessenstruik waren opgekomen zijn inmiddels met wortel en al afgevoerd. Een kloek begin van de metamorfose, die door ons natte klimaat helaas een tijdje ‘in de ijskast’ moest worden gezet. Vervolgens is de grond rond deze struik met een paar grote zakken tuinaarde weer op een aanvaardbaar niveau gebracht. Zo kan er begonnen worden met een nieuwe invulling van dit stukje tuin dat oorspronkelijk bedoeld was om er meer eetbare waar te verbouwen.
De voorkeur gaat nu uit naar een groenblijvende beplanting die geen onderhoud vraagt. Daarvan heb ik al twee soorten sinds jaar en dag langs het terras staan: asarum, ofwel mansoor, en pachysandra terminalis, een lid van de buxusfamilie. Dat zal dan waarschijnlijk een verre neef zijn want gelijkenis met buxus is hier ver te zoeken. Asarum, mansoor, is een laag- en groenblijvend plantje met kronkelende steeltjes en inderdaad oorvormige blaadjes. Het ‘mansoor’ wordt ook wel wilde gember genoemd, of zelfs hazelwortel, en stamt uit de pijpbloemfamilie; waarschijnlijk een bloemenfamilie met veel rokers. Een plek in de schaduw wordt op prijs gesteld. Die schaduw zal in mijn geval vooral van de blauwebessenstruik moeten komen tot de zon zich tegen het middaguur verplaatst heeft naar de voortuin.
Mansoor ofwel Asarum
En ook daar word ik geconfronteerd met achterstallig onderhoud. Stukje bij beetje neem ik de tuin onderhanden. Niet twijfelen bij halfvergane struikjes; afvoeren en blij zijn met de ruimte voor nieuwe kansen met nieuwe struikjes. En daarbij ook praktisch te werk gaan. Planten die het nog steeds goed doen splitsen en weer terugzetten: meer van mooi, Planten die het de vorige zomer lieten afweten moeten vervangen worden.
Maar
het is sowieso elk jaar weer leuk om een tuinplantenverkoper te bezoeken. Wie
planten afvoert moet nieuwe aanvoeren - dat is gewoon een verplichting voor
jezelf én voor het leven in de brouwerij van je tuin. Het is weliswaar nog wat
vroeg om daarmee te beginnen, maar binnenkort zal het aanbod maximaal zijn; dan
moeten we er echt op uit!
Tijd dus om naar buiten te gaan, gewapend met papier en potlood, om een verlanglijstje te maken - mede namens mijn tuin!
VOORJAAR IN AANTOCHT!
Heggenmussen
We hebben er best lang naar uitgekeken, met in februari ook nog een dag extra, maar nu komt het voorjaar toch echt in beeld. Maart roerde nog even zijn staart en april is soms wat twijfelachtig, met doen wat hij wil. Maar wij kunnen zelf wel uitmaken wat we willen. Gewoon naar buiten, met een (verlang)lijstje met de namen van planten die we helaas moeten vervangen en natuurlijk ook van planten die we er graag nog bij willen hebben. Want zo gaat dat met tuiniers: we zijn de menselijke variant van Rupsje Nooitgenoeg.
Wat bloeit er in april? Het fluitenkruid, Anthriscus sylvestris, neemt deze maand het voortouw en kleurt de bermen wit. Maak er een boeket mee en verzamel de zaden: dan floreren ze volgend jaar in je eigen tuin, tussen de vaste planten die óók nu in bloei komen, zoals de kievitsbloemen en de kerstrozen. Laat je fantasie de vrije loop en verspreid de planten over de hele tuin. Nieuwe bolgewassen mogen ook meedoen!
Kerstrozen in bloei |
De planten die als eerste in beeld komen voor dit experiment zijn de bolgewassen. Die kun je na de bloei per stuk uitgraven en verdelen over de tuin met één tot hooguit drie bollen bij elkaar. Om bij het planten van nieuwe gegadigden de bollen niet te beschadigen is het handig om er een houtje bij te steken. Zo nodig kun je de houtjes nummeren en noteren waar welke bolsoort geplant is. Maar het is niet ‘bolgoed al goed’.
Ook
vaste planten kun je nu voorzichtig opgraven, splitsen en verdelen over de hele
tuin. Niet teveel van dezelfde kleur bij elkaar en niet teveel van dezelfde
soort! De hoogte van de planten mag wèl een rol spelen. Verdeel eerst de
hoogste exemplaren over het hele tuinoppervlak. En doe dat vervolgens met de
lagere planten. Deze categorie bij voorkeur ook langs de randen van je tuin. Wissel
ze af met kruipertjes en bodembedekkers die zich óók tussen de vaste planten
mogen begeven. Tot zover!
Want
ook zonder al die opgravingen is er genoeg te doen, na de winter. Vorstschade
is weliswaar niet of nauwelijks voorgekomen, maar het staat nog niet vast dat
dit in de komende winters ook het geval zal zijn. Misschien moeten we ons nog
niet laten verleiden tot een grootschalige aanschaf van vorstgevoelige planten
- maar een béétje uitproberen moet kunnen.
Zoals met de categorie matig winterharde planten ofwel winterhard gedurende een korte en niet te strenge vorstperiode. Daaronder vallen de blauwe treurceder en de portugese laurierkers, maar ook salie, lampepoetsergras (Pennisetum alopecuroides) en ijzerhard (Verbena bonariensis). Je kunt zelfs experimenteren met een perzikplant; die is ook hier in Nederland vorstbestendig, mits geplant in de volle grond. Denk je eens in: perziken, zomaar in je eigen tuin!
Het lampepoetsergras heeft overigens niets te maken met lampen en poetsen en ook niet met gras. De brede bladeren verkleuren van donkerrood naar grijsgroen. Ook mooi aan deze plant is de lange bloeitijd: van mei-juni tot maar liefst in de herfst. Daar heb je dus meer dan de hele zomer plezier van.
En
heb je wel eens gehoord van ‘windbloemen’? Dat zijn anemonen: ze hebben aan een
zuchtje wind al genoeg om in beweging te komen. De familie ‘Anemonen’ is
behoorlijk uitgebreid: er kan gekozen worden uit maar liefst 120 soorten.
Anemone coronaria is met 25 centimeter de grootste in deze familie - toch een
bescheiden afmeting. De kleuren van de bloemen variëren van donkerblauw, rood
en roze tot wit. Als je er veel van hebt kun je ze ook promoveren tot
‘snijbloem’, maar zelf zou ik deze windbloemen fijn vanuit de tuin naar mij
laten (z)waaien.
Kom, we gaan er weer op uit!
TUINKALENDER APRIL-MEI
TUINKALENDER
► Nachtvorst kan in april en zelfs in mei nog steeds voorkomen. Houd daar
rekening mee en dek vorstgevoelige planten zo nodig af.
► Verzamel de nog achtergebleven afgevallen bladeren en laat ze betijen in het
compostvat.
► Maar begin ook met inventariseren: welke planten hebben de afgelopen natte
winter niet overleefd?
► Worden ze vervangen door dezelfde soort of kiezen we voor vorst- en regenbestendig-heid?
Groninger Kroontjes |
► Ook groenten kun je al in april buiten planten: broccoli, rode kool, spitskool, om er een paar te noemen.
► En niet te vergeten: pompeuze pompoenen!
► Binnen voorzaaien kan ook eerder: papavers, korenbloemen, zonnebloemen, mais, noem
maar op.
Korenbloemen! |
► Reserveer ook ruimte voor kruiden zoals basilicum, peterselie en tijm. Voorzaaien
of kant en klaar in (bloem)potjes kopen.
►Zaai in mei ter plekke de radijzen, worteltjes, bietjes en uien.
► Nu kunnen ook vaste planten rechtstreeks gezaaid worden zoals zonnebloemen, korenbloemen en goudsbloemen.
►En niet te vergeten kruiden: basilicum, peterselie, bieslook, lavas
(maggiplant) en anijs.
► En laat nog wat nestmateriaal voor het vogelvolkje liggen!
vrijdag 2 februari 2024
NIEUWE ARTIKELEN
Plannen maken
In míjn tuin...
... hebben alle planten de winter overleefd, voor zover je tegenwoordig nog kunt spreken van een winter. Het is nu meer een regenseizoen - een voortzetting van de herfst die hopelijk tot stilstand komt met het aanbreken van de lente. Ik zie daar nu misschien nog meer naar uit dan ‘vroeger’. Je drijfnatte tuin bekijken door drijfnatte ramen is niet iets om vrolijk van te worden. Maar zo te zien hebben mijn planten nog steeds geen last van wateróverlast - uiteindelijk zal het dus wel goedkomen.
Om te beginnen zakken tuingrond inslaan, acht of voor de zekerheid tien, want grond klinkt altijd in en het is fijn om bij zo’n klus zonder boodschappenoponthoud door te kunnen werken. Dan al die kiezelstenen verzamelen, handje voor handje. En waar laat je ze? Toch maar bewaren: in een lege zak van de nieuwe tuingrond. Het liefst zou ik morgen al beginnen, met de uitvoering van mijn plannen. Maar ik zal er toch nog even mee moeten wachten, tot aan dit huidige langdurig regenseizoen een einde komt. Wat intussen misschien ook ruimte biedt voor eventueel nóg meer ideeën!
De klimop in betere tijden, drukbezocht door het vliegenvolkje |
Zo is onze ooit dichtbegroeide afscheiding achter in de tuin in de loop van jaren vrijwel alle begroeiing kwijtgeraakt. De klimop daar heeft het inmiddels flink laten afweten. In het afgelopen jaar heb ik er kleine klimopstekjes tussen geplant en langere takken aangebonden, maar dat schiet letterlijk niet op natuurlijk. Nu overweeg ik toch om er goed bewortelde kant-en-klare klimop tussen te planten, gezellig dicht op elkaar, die ook al aangebonden kan worden. Het is weliswaar altijd fijn om iets te hebben waar je naar uit kunt kijken, maar het moet natuurlijk niet te lang duren. Zó hard groeit klimop nou ook weer niet. Dus staat deze plant genoteerd voor het eerste bezoek van dit jaar aan een tuincentrum. Het liefst ging ik er vandaag nog naartoe, maar de regen is spelbederver. Gelukkig lopen planten niet weg en die regen houdt wel weer op; éérst opruimen, in mijn tuin …
FEBRUARI EN DE STAART VAN MAART
Heggenmussen
Februari is een fijne maand; duurt dit jaar weliswaar een dag langer, maar brengt ons toch vlot bij maart, die roert met zijn staart en ons op zijn beurt dichter brengt bij april, die dan weer doet wat ie wil. Zo struinen wij, voor je het weet, door onze ontluikende tuinen! Na een zachte winter zonder vorstschade voor onze planten is het fijn om op een droge dag weer eens een ‘rondje tuin’ te doen. De bladeren die sinds de afgelopen herfst onze tuinen bedekken kunnen nu bij elkaar geharkt/geveegd worden om vervolgens een bijdrage te leveren aan het groenafval. Ze worden gerecycled tot compost en biogas. En zelf glijd je niet meer uit over al dat natte blad.
Klein maar fijn: sneeuwklokjes! |
Corylus avellana, hazelaar |
Nog een mooie bloeier is de hazelaar, Corylus avellana, die al in de winter en als eerste (!) bloeiende katjes heeft. De hazelaar valt in de categorie ‘naaktbloeier’ omdat de bloemetjes eerder verschijnen dan de nieuwe blaadjes. En hazelnoten in je eigen tuin: wie wil dat niet?! Ik moet er wel even bij zeggen dat de opbrengst van mijn eigen struik niet veel voorstelt. Aanvankelijk dacht ik dat óf de vrouwelijke óf de mannelijke variant van mijn hazelaar ontbrak en dat dat de oorzaak was van mijn hazelnotentekort. Maar nu ik een en ander nog eens nalees op internet blijkt de hazelaar eenhuizig te zijn: de mannetjes en de vrouwtjes groeien samen aan dezelfde hazelaar! Eerst verschijnen de mannelijke katjes aan de takken, waar ze goed zichtbaar zijn omdat de bladeren nog moeten gaan groeien. Als de mannelijke katjes zijn uitgebloeid komen de vrouwelijke bloemen in beeld. Er zijn ook dan nog geen bladeren. Voor de voortplanting zorgt de wind: die neemt stuifmeel van een mannelijke bloem mee naar de ‘stempels’ van een vrouwelijke bloem. Maar de mannelijke en de vrouwelijke bloemen bloeien niet gelijktijdig; zelfbevruchting is zo niet mogelijk. Toch een ingenieuze voortplanting! Ik hoop de bloemetjes van de naaktbloeier in mijn tuin dit jaar waar te nemen, want uiteindelijk was het toch de bedoeling om hazelnoten uit eigen tuin te kraken. Zo nodig ben ik bereid om bij gebrek aan wind onze bladblazer in te zetten. Op een lage stand, dat wel.
Helleborus niger, licht besneeuwd maar vol in bloei! |
Ook mooi in het vroege voorjaar, in maart, zijn de kerstrozen, zoals Helleborus niger, die weliswaar voor de kerst echt te laat zijn, maar desondanks in geen enkele tuin mogen ontbreken. Ze zijn bestand tegen sneeuw en vorst en geven de voorkeur aan een plek in de halfschaduw, met ook wat zon dus. ‘Helleborus’ heeft meerdere Nederlandse namen: nieskruid, zelfs stinkend nieskruid, en ook nog heksenkruid. Daar moet de plant het dan maar mee doen. En mocht je in het najaar vergeten hebben om bloembollen te planten, dan kun je dat in het voorjaar alsnog doen met ‘bollen op pot’, ofwel opgepotte bollen. Ze worden in tuincentra bloeiend en wel aangeboden. Zo kun je precies zien wat je van dit bolgoed mag verwachten. Eenmaal uitgebloeid mogen ze, als het niet meer vriest, alsnog naar de tuin: ‘Tot volgend voorjaar!’
Bergenia, schoenlappersplant |
Tot de voorjaarsbloeiende bolgewassen horen ook sneeuwklokjes, tulpen en blauwe druifjes, hyacinten en natuurlijk krokusjes. Ook vaste planten als kerstrozen, schoenlappersplanten en de kleine maagdenpalm kleuren al in maart onze tuinen!
Nog even geduld dus; het voorjaar komt in zicht!
TUINKALENDER FEBRUARI-MAART 2024
TUINKALENDER
► Wees bedacht op nachtvorst - het kán nog - en dek kwetsbare tuinplanten dan af.
► Controleer het tuingereedschap: moet er nog iets geslepen of vervangen worden?
► Neem een pen en blocnote mee op een rondje door de tuin: is er nog ruimte voor
iets nieuws?
► Maak dan een lijstje van je ‘hebbe’planten voor je naar het tuincentrum gaat,
zodat je bij thuiskomst zeker genoeg ruimte hebt voor de nieuwkomers.
► Neem ook een zak potgrond mee: inderdaad, voor je stekjes.
► En aarzel niet om tegenvallende planten in je tuin te vervangen.
► Want je compostvat heb je niet voor niets.
► Als het niet meer vriest kun je de regenton(nen) weer vol laten regenen.
► En als de grond niet meer zo door en door nat is kun je nieuw bolgoed planten.► Het is nog vroeg in het seizoen: tijd genoeg om tuinliteratuur door te nemen -
en op goede ideeën te komen.
► Binnenkort gaan de vogels weer nestelen: borstel je nestkastjes goed schoon.
► Ruim niet alle takjes en blaadjes op: nestmateriaal!
► Breng zo nodig gaas aan onder de nestkast, zodat die onbereikbaar is voor vogelvangers op vier pootjes.
► Heb je ook een badgelegenheid voor vogels? Dagelijks kijkplezier!