vrijdag 13 oktober 2017

OVER HET WATER EN DE AKKER

Heggenmussen 

‘Gods water over Gods akker laten lopen’. Om met Dominee Gremdaat, alias Paul Haenen, te spreken: “Kent u die uitdrukking?” Het betekent in ieder geval: de dingen op hun beloop laten. Laat maar waaien, zeg maar. Meer dan dertig jaar geleden al werd het voorspeld: we zouden hier in Nederland op een termijn van een jaar of dertig een natter klimaat krijgen. Toen was het nog de ver-van-mijn-bed-show, maar nu kunnen we zien of het klopt. In juli is er in ieder geval in Eelde een nieuw regenrecord gevestigd met 182 millimeter regen. Sinds in 1906 is begonnen met het meten van neerslag is dit hoge getal nog niet voorgekomen. Berekend is dat de jaarlijkse hoeveelheid neerslag, waaronder ook sneeuw en hagel, jaarlijks met 18 procent toeneemt.

Oké, je moet er wat voor doen, maar dan heb je ook een geweldige 'slurptuin'!
Ironisch genoeg kunnen we een steentje bijdragen door vooral zoveel mogelijk steentjes weg te halen. Om overbelasting van de riolering te voorkomen en wateroverlast voor onszelf is het zaak om het aantal tegels tot een minimum te beperken. Groen is het toverwoord: planten nemen water op en wat overblijft zal in de grond zijn weg vinden. Ik zou er zelfs voor pleiten dat ook mensen zonder groene vingers, tijd en/of zin toch zoveel mogelijk tegels bij hun huis verwijderen en ‘de natuur zijn gang laten gaan’. Onkruid is tenslotte ook groen en als we moeten kiezen tussen onkruid of verzuipen dan lijkt mij de keuze gauw gemaakt. Wat jammer dat de overheid altijd zo krap bij kas is: een geldelijke beloning of hoe dan ook een korting op de te betalen belasting zou waarschijnlijk de beste stimulans zijn. Want helaas geldt voor veel mensen ‘eerst zien, dan geloven’. Of ‘alle zegen komt van boven’: dat hoor je ook nog wel eens. Lang heb ik gedacht dat het een aanprijzing van de regen was, maar dat klopte toch niet helemaal. De uitdrukking wordt vooral gebezigd bij ‘gelukkige voorvallen’, zeg maar: onverwachte toevalligheden. En daar moeten we liever niet afhankelijk van worden.

Klein grindputje
Op onze met grindtegels belegde oprit (jaren ’70) heb ik in ieder geval de kleine opvultegels al weggehaald en de lege vierkantjes van grof grind voorzien. Achteraf had ik beter eerst met de grondboor een diep gat kunnen maken: voor veel meer grind en daarmee een grotere opvangcapaciteit voor het regenwater. Voortschrijdend inzicht heet dat. En er is natuurlijk niets op tegen om dit plan alsnog uit te voeren. Noteren op het eerstvolgende boodschappenlijstje: zakken grind. Grof grind wel te verstaan. Misschien nog aanvullen met zand, zodat modder er geen kans krijgt. En nog wat extra zakken zand: die kunnen voor de deur, mocht het alsnog mis gaan.

Een 'omgespitte' Groningse klei-akker ...
Want we zitten hier natuurlijk wel op vette blauwe zeeklei. De laag ‘goeie grond’ waarmee we de tuin begonnen is in de loop van zoveel jaren al tig keer ondergespit. Gelukkig hebben we altijd veel planten gehad (onze grasveldjes van weleer reken ik ook mee), en dat is op zich gunstig voor de bodemontwikkeling, die wel tot een diepte van anderhalve meter kan gaan.
Misschien komt het nog goed, met het water  dat over onze akkertjes loopt. 

Oktober 2017

Geen opmerkingen: