In míjn tuin …
... maakte een groen gazonnetje deel uit van mijn eerste ontwerp. Het bleek door mij echter niet te handhaven en mét het gras verdween ook het gierende handgrasmaaiertje en de roestige graskantenschaar. Ja, we hadden al wel elektriciteit, maar dat werd toen nog niet voor álles gebruikt. In die tijd kroop je geruisloos op je knieën door de tuin om snip snip decimeter voor decimeter de graskantjes te knippen. Blij dus, dat die apparaten weg konden.
Maar een grashark, díe heb ik nog steeds! Zo’n waaier van metalen strookjes in opgewekt rood aan het eind van een lange steel, waarmee ik ooit ggrr ggrr mijn baantjes trok over het gazon. Een prettig geluid vond ik dat. Heel grondig ook; alsof er ggrr ggrr geen sprietje ggrr meer achterbleef. Tegen de muur neemt zo’n platte hark nauwelijks ruimte in, dus er was geen enkele reden om dit grasattribuut op te doeken. Gelukkig maar, want ik maak nog steeds graag gebruik van mijn ggrr ggrr grashark. Het is een uitstekend hulpmiddel bij het verwijderen van afgevallen blad in de herfst. En dan niet op de stoep - dat krast niet prettig - maar op de groenblijvers die in mijn tuin de plaats van het gras hebben ingenomen.
Mijn rode grashark |
Pachysandra terminalis |
En dat allemaal omdat ik zo’n hark was met het gras in mijn eerste tuinontwerp!
November 2009
Geen opmerkingen:
Een reactie posten