Heggenmussen
April
doet wat hij wil en in mei leggen alle vogeltjes een ei: blijft er voor ons
tuiniers nog iets te doen over? Nou reken maar! Eindelijk komt ‘de natuur’ uit
de startblokken en loopt de buitentemperatuur op naar een werkbare hoogte. Wat
hébben we ernaar uitgekeken in de afgelopen periode die vooral gedomineerd werd
door corona. Maar nu wordt ons leven weer meer ‘als vanouds’: we kunnen buiten
aan de slag!
De
winter was nat; vorst van betekenis hebben we niet gehad. Op zich is er geen
bezwaar tegen ‘ijselijk’ weer; misschien zelfs te prefereren boven de vele
regen. Maar net als over veel gebeurtenissen op wereldniveau hebben we ook
niets te zeggen over het klimaat en hoe zich dat manifesteert. In de tuin telt
het aantal planten dat de natte winter heeft overleefd.
Aan
de slag dus, zoals we dat altijd gedaan hebben in onze tuinen, beschenen door
de voorjaarszon en besproeid door een voorjaarsbuitje. We hoeven geen bevroren
planten te vervangen, dus onze ‘vaste plantenklanten’ zullen ons binnenkort
weer gaan verrassen met groei en bloei.
Maar
je kunt je ook laten verrassen met ‘eetbaar groen’: gewoon in voor- of
achtertuin, altijd binnen handbereik. Zelfs in potten kun je iets lekkers laten
groeien. In een grotere tuin is er ruimte voor een of misschien wel meer
fruitbomen. Dat laatste is fijn voor de bestuiving, maar er zijn ook
zelfbestuivende fruitbomen, zoals die ene Groninger Kroon in mijn achtertuin,
waarvan ik al jarenlang de vruchten pluk. De kroon van deze appelboom, op een
zogenaamde ‘halfstam’, heb ik ooit teruggesnoeid tot een platte sculptuur, die
het ene jaar meer appels voortbrengt dan het andere. Maar dat is het
verschijnsel ‘beurtjaren’.
Groninger Kroon |
Daar heeft een druif geen last van. Wél van ouderdomsverschijnselen: na zo’n veertig jaar (!) trouwe dienst liep de druivenproductie dramatisch terug en hebben we deze klimmer vervangen door een Clematis armandii, groenblijvend (dat komt bij clematis niet veel voor), witbloeiend in maart en april en aangenaam geurend. Dat is dan de compensatie voor het ontbreken van eetbare vruchten; je neus wil ook wat.
Tot zover de ‘grote jongens’ onder de fruitleveranciers. Want ook een aantal vaste planten is eetbaar. Meestal gaat het dan om de bloemen die ze produceren. Maar ook eetbare blaadjes komen voor. Zoals die van de dropplant, Agastache. Verrassing: ze smaken niet naar drop maar naar anijs! En je behoudt het uitzicht op de bloem, die ook goed bezocht wordt door vlinders, hommels en bijen. Er is hier dus geen sprake van concurrentie! De jonge blaadjes van akelei, Aquilegia, en dropplant, Agastache, doen het goed in een salade.
Aquilegia, akelei |
Van Campanula persicifolia ‘Coerulea’ kun je de bloemetjes eten. Ze zijn roze, dat gaat goed samen met het bruin van chocoladevla. Sanguisorba officinalis, (grote) pimpernel, hoort tot de familie van de kruiden en bloeit in juli en augustus, wanneer ons klimaat zich van zijn beste kant laat zien: zonnig en warm. Wel op tijd water geven - de pimpernel kan niet zonder. In de winter overleeft hij temperaturen tot -30℃, maar veel sneeuw en/of regen zullen hem wél deren. Zet er dan een stok naast met daarover een grote plastic zak: een plantenparaplu. De jonge scheuten zijn eetbaar, oude scheuten smaken bitter. De grote pimpernel heeft een hoog vitamine C gehalte. Maar je kunt natuurlijk ook gewoon een (sinaas)appel eten.
Bieslook: bis! bis! |
En dan een aantrekkelijk kruid, waarmee ik een rand van mijn moestuintje heb ‘afgebiesd’: bieslook! Jaar in jaar uit, in alle seizoenen beschikbaar en in de zomer verrijkt met licht paarsblauwe bolle bloemschermen. Een verrijking voor je boterham met kaas, een opkikkertje in de sla, lekker pittig in de mond als je er buiten in het langslopen wat van ‘meeneemt’, kortom: mijn lievelingskruid in de tuin!
Tot slot nog een typische tak van sport, hier bij ons in Groningen: neut’n schait’n! Dat dient officieel te gebeuren met walnoten, maar thuis, in je achtertoentje, kun je dat natuurlijk ook oefenen met hazelnoten, Corylus avellana. Denk je eens in: een grote struik, vol met ‘neut’n’, dat is toch vrágen om ‘schait’n’!
April 2022
Geen opmerkingen:
Een reactie posten