donderdag 15 april 2010

EEN GEPASTE MOESTUIN

Heggenmussen

Het is helemaal in om op kleine schaal groente te verbouwen. De ‘moestuin op één vierkante meter’ is een uitvinding van de Amerikaan Mel Bartholomew. In 2006 verscheen zijn tweede boek over dit onderwerp, ‘All New Square Food Gardening’, een verbeterde versie van het in 1981 verschenen ‘Square Food Gardening’. Het idee is simpel én doeltreffend.

Vier bakken van 60x60 cm
Het eenvoudigst is het om een vierkante meter grond in de tuin vrij te maken van planten, wortels en onkruid. Maar het heeft zeker voordelen om een bodemloze vierkante bak te maken met planken van een meter lang en vijftien à twintig centimeter hoog. Je kunt daar ook wilgentenen schermpjes voor gebruiken, paaltjes, stammetjes, opsluitbanden, wat je maar hebt of mooi vindt. Als je al zeker bent van de meest geschikte plaats, kan er zelfs een bak gemetseld worden. Kant en klare bakken zijn er ook. De Wiltfang (www.dewiltfang.nl) verkoopt ze, de Boerenbond (www.boerenbond.nl) en Welkoop (www.welkoop.nl).
De bodem dek je af met anti-worteldoek en vervolgens vul je de bak met een mengsel van goede grond en compost. Dan wordt het oppervlak opgedeeld in zestien vierkanten van 25 x 25 centimeter. Dat kan door het spannen van draden, maar je kunt er ook latjes of bijvoorbeeld aluminium of plastic strips van jalouzieën voor gebruiken. Nu zijn er zestien mogelijkheden voor het zaaien en/of planten van groenten, kruiden, maar natuurlijk ook (eetbare) bloemen.

Yes!!!!
De opbrengst is uiteraard niet te vergelijken met die van een echte moestuin, maar dat geldt ook voor het werk dat je eraan hebt. Bovendien weet je zeker dat je niet teveel kweekt. Het aantal bakken van een vierkante meter kan zo nodig, en bij voldoende ruimte, altijd uitgebreid worden. Of verkleind, dat kan ook. Voor mijn eigen moestuintje wil ik vier bakjes maken van 60 x 60 centimeter die elk verdeeld worden in vier vlakjes van 30 x 30 centimeter. Tussen de bakken komen steeds twee stoeptegels en de ruimte die daaromheen overblijft wordt opgevuld met grind. Het geheel wordt ‘onderlegd’ met anti-worteldoek, zodat er in ieder geval van onderaf geen onkruid tussen het grind doorkomt. Klein, maar fijn!
En dan zijn er toch zestien vakjes om mee te experimenteren. Het valt nog reuze mee, wat er past op een oppervlak van 25 x 25 of 30 x 30 centimeter. Even een lijst: 16 radijsjes, 16 wortelplantjes, 16 uien, 9 slabonen, 9 bietjes, 4 snijbieten, 4 peterselieplanten, 4 slakropjes, 1 bloemkool, 1 broccoli, 1 aardbeienplant, 1 paprikaplant, 1 aubergine. Bijvoorbeeld! Zodra een vakje is leeggegeten, kan er iets anders gezaaid of geplant worden. Zo pas je meteen wisselteelt toe, waardoor de grond niet uitgeput raakt. Al zal dat bij deze kleinschaligheid wel meevallen.
Als je aan een kant van de bak een rek plaatst, kunnen daar ook klimmers tegenaan groeien, zoals tomaten, komkommers, stokbonen en meloenen. Maar lathyrus, Oost-Indische kers of een zonnebloem is natuurlijk ook leuk. En als er nu toch nog wat vakjes over zijn: vrolijke afrikaantjes helpen tegen bodemaaltjes, borage (komkommerkruid) houdt slakken uit de buurt. Kervel, lavendel en Oost-Indische kers verjagen mieren en luizen en ui en knoflook werken goed tegen muizen. Mochten er katten passeren die in de moestuin willen krabben om daar ook nog iets achter te laten, dan is het handig om een laag koffiedik over de grond aan te brengen: dat voelt niet prettig aan kattenpootjes. En dan blijkt alweer het nut van een vierkante meter moestuin, anders kwam je aan niets anders meer toe dan aan koffiedrinken!
Als er net gezaaid is, zijn vogels een bedreiging voor onze eetlust, want vogels eten zaadjes. Duiven eten vegetarisch en zijn dol op jonge knoppen en jonge plantjes, vooral in de moestuin. Daartegen helpt gaas, niet te grofmazig.
Zo nodig kan vrij gemakkelijk de hele bak worden afgedekt, bijvoorbeeld om in het vroege voorjaar de grond op te warmen. Leg daarvoor een stuk plastic over de grond, met een paar stenen op de hoeken tegen het wegwaaien. Wanneer in het voorjaar het zaad is gekiemd en het jonge gewas beschermd moet worden tegen kou, wind en regen, bouw je een tunneltje door een paar elektriciteitsbuizen in een boog in de bak te zetten en daar (doorzichtig) plastic overheen te spannen. Wát je ook moet doen, in dit moestuintje is het altijd te overzien en nooit veel werk. Spitten hoeft niet, onkruid wieden stelt hier niks voor en het planten en oogsten kost nauwelijks tijd. Je eet gezond, want je weet precies dat je geen bestrijdingsmiddelen hebt gebruikt! Ook hoeft er in tijden van droogte niet een uur lang gesproeid te worden: met een gieter kun je snel en gedoseerd water geven.
Door de gevarieerde beplanting ziet het er nog leuk uit ook. Voor kinderen is de vierkante meter moestuin een leuke manier om kennis te maken met tuinieren. Radijsjes kunnen al na vier weken geoogst worden. Drie weken later is de sla ‘klaar’ en nog eens drie weken later kunnen ze worteltjes uit de grond trekken.
In april kun je ook aardappelen poten. Die moeten wel eerst binnen kiemen. Neem er een biologisch geteelde aardappel voor, die niet bewerkt is met een anti-kiemmiddel. Als ze wat later gepoot worden is dat ook niet erg; dan komen ze wat later op tafel. Aardappelen hebben net als boontjes ook nog sierwaarde: ze bloeien in leuke kleurtjes.
Heb je trek gekregen van dit verhaal, maar is er in je tuin geen vierkante meter over, dan kun je altijd nog moestuinieren in potten. Met wat bamboestokken is een bonenwigwam zó gemaakt. Het levert geen kilo’s bonen op, maar dan smaken ze ook des te beter. Aardbeien doen het ook prima in een hanging basket en in een kuip op het terras groeien aardappelen óók. Een kruidentuintje lukt zelfs in bloembakken die je aan de schutting hangt: op oog- én neushoogte. En waarom geen klein kruisbessenboompje in plaats van een treurig wilgje of een roos op stam? Kijk nog eens rond in je tuin, met een moestuinoog, en experimenteer met een moestuin van een vierkante meter: er kan nooit veel mis gaan. De vakantieoppas wil vast wel even water geven - je hoeft er niet voor thuis te blijven.
Bon appétit! Eet smakelijk!

April 2010

zaterdag 10 april 2010

MODDERFIGUUR

In míjn tuin …

... rinkelden alarmbellen. Kleinzoontje van acht maanden loopt rondjes in de box! Hij zal nog wat moeten oefenen, maar ik zie hem binnenkort zó de tuin in wankelen, over het pad, langs de vijver. Tijd voor een kloek besluit: ik maak een moestuin van de vijver!


Het ontwerpje voor een klein moestuintje is in één avond klaar. De buren zullen zich ontfermen over de kikkers, de goudvis en de waterplanten en de salamanders verhuizen naar de waterbak in de voortuin. 
Oma is dol op veranderingen in de tuin, maar opa is niet van het klussen en vindt het ook nog eens jammer, van de vijver. Met frisse tegenzin helpt hij het meeste water uit de vijver te halen en besluit dan de dikke laag blubber die achterblijft voor de volgende dag te bewaren. Want boven wacht zijn computer. Maar oma heeft al knoflookbolletjes klaarliggen voor het nieuwe moestuintje, dus die gaat nog even door.
Gehurkt op de verhoogde rand in de vijver druk ik een grote plastic mand, een ‘tubtrug’, zo diep mogelijk in de blubber, sjor hem omhoog, klauter ermee op de kant en zoek een plek in de tuin die nog wat modder kan hebben. Poe, poe, zwaar werk. Maar de gedachte aan ons kleinkind, de knoflook en knapperige kropjes sla helpt geweldig en verbeten ploeter ik door.
Met succes: het blubberpeil daalt!
Ondertussen moet ik voorzichtig opereren, op de glibberige folierand, met geen ander houvast dan mijn plastic mand.
Weer hurk ik, voor een veilige moestuin. Nog iets dieper moet de mand en dan gaat het mis ... en kukelt oma vóórover in de modder; er is geen houden meer aan! De vijver blijkt dieper dan ik mij van het graven kan herinneren en nergens vind ik houvast. Alles is nat en glad en tussen mijn tanden knarst de modder. Even flitst de vergelijking met een scharrelvarken door mijn hoofd, maar ík vind dit modderworstelen niet leuk. Dan lukt het om overeind te komen en moeizaam flats ik op de kant. Mijn kleren druipen zwart en zwaar van de modder; hoe komt dit ooit nog goed! Gelukkig heeft niemand het gezien en o, wat boft mijn man, dat hij boven zit!! En ach, wat sla ik een modderfiguur. En och, nu moet ik nog strippen óók, buiten bij de achterdeur, want zo kan ik niet naar binnen!
Een spoor van natte voetafdrukken volgt mij naar de badkamer. Voor vandaag is oma klaar, hélemaal, met het nieuwe ontwerpje voor haar tuin.

April 2010