donderdag 5 maart 2020

LENTE IN AANTOCHT


Heggenmussen


21 maart is van oudsher de eerste dag van de lente. Maar we leven in een tijd van flexibilisering en dat vindt ook zijn weerslag in de afbakening van de seizoenen. Tot 2101, dus de komende 80 jaar, zullen we de eerste lentedag op 20 en soms zelfs al op 19 maart vieren. Voor onze beleving van het voorjaar zal het waarschijnlijk niet veel uitmaken: die is vooral afhankelijk van het aantal zonuren per dag. Wij zijn pragmatische wezens, met ieder zijn eigen voorkeur, en dáár zal voorlopig wel geen verandering in komen. 
Blijft overeind dat we de winter nu achter ons laten en aan een nieuw tuinseizoen beginnen. Geen vorstschade dit jaar, dus kunnen we al onze ‘oudgedienden’ binnenkort weer begroeten. Er hoeft niets vervangen te worden. Dat is gemakkelijk, maar misschien ook wel een beetje saai. Want Gorters ‘een nieuwe lente en een nieuw geluid’ spreekt ons óók aan. 
Fritillaria meleagris, kievitsbloem, luidt de lente in
En reken maar dat de tuinwinkels ook nu weer beslagen ten ijs zullen komen, met verleidelijke, maar wel voorgetrokken, tuinplanten. Koop je met een vooruitziende blik (hoe ziet mijn tuin er met deze planten vólgend voorjaar uit?) dan kies je natuurlijk planten die van nature in maart bloeien, zonder de voortrekkerij die de latere bloeiers nu ten deel is gevallen. Bovendien zijn er genoeg van nature vroegbloeiende planten waar we nu mee aan de slag kunnen. 
Bijvoorbeeld de Ruitanemoon. Anemoontjes zijn graag geziene bewoners van onze tuinen. Overigens is de anemoon van nature een bosplant. Ze geven dus de voorkeur aan een halfbeschaduwd plekje. Maar op een voldoende vochtige plaats floreren ze ook in de zon. Anemonella thalictroides ‘Rosea’ ofwel ‘ruitanemoon’ bloeit in april en mei. 
Dan bloeit ook de ‘elfenbloem’: Epimedium. Variant ‘Domino’ kleurt wit/paarsrood, geeft de voorkeur aan (half)schaduw en wordt wel 50 cm hoog. Tijdens de bloei kan het oude blad verwijderd worden. Maar er zijn ook varianten met fraai gekleurd blad in de winter: mooi van afblijven. Elfenbloem is goed te combineren met longkruid, Pulmonaria, dat ook in april-mei bloeit. Pulmonaria ‘Blue Ensign’ heeft vrij groot blad. In tegenstelling tot dat van andere Pulmonaria-soorten is dit niet gevlekt. 
Maar ook een 'gewone' Pulmonaria is mooi
Voor een luchtiger effect kun je de elfenbloem (Epimedium) combineren met laagblijvende varentjes, zoals de steenbreekvaren, Asplenium trichomanes. Je ziet dit varentje soms ook op oude muren: geen veeleisend plantje dus. Wel met een voorkeur voor (half)schaduw. Het wordt niet hoger dan zo’n 15 cm en is, met frisgroen blad, ook nog wintergroen. Wel in het voorjaar het oude, bruin geworden, blad even verwijderen.
Wat hoger en een aanrader voor kleur in het voorjaar is Brunnera macrophylla, Kaukasische vergeet-mij-niet met in april-mei kleine lichtblauwe bloemetjes. Ik zou ze ‘lief’ willen noemen. Een vaste plant, 40 cm hoog en ook geschikt als bodembedekker op beschaduwde plekken.
Bij ‘bodembedekkers’ zijn we misschien geneigd vooral aan laagblijvende beplanting te denken, maar met hoger groeiende planten kun je natuurlijk hetzelfde effect bereiken. 
Lavendel is zo’n plant: tot 50 cm hoog. Wel met de aantekening dat deze plant goed gesnoeid moet worden om een kale onderkant te voorkomen. Eenmaal kaal komt het niet meer goed, weet ik uit ervaring. 
Pachysandra terminalis 'ondersteunt' narcissen

Zelf maak ik voor bodembedekking graag gebruik van Pachysandra terminalis (omdat het zonder toch wat kaal is). Opmerkelijk is hier het ontbreken van een Nederlandse benaming. Vermoedelijk uit puriteinse overwegingen, want ‘pachys’ is latijn voor ‘dik’ en ‘andros’ staat hier voor ‘mannelijke organen’. Het zij zo. Overigens is het de plant niet aan te zien. Pachysandra wordt zo’n 15 tot 20 cm hoog, woekert niet, maar breidt zich wel goed uit (het is tenslotte een bodembedekker). Daarbij is deze vaste plant groenblijvend en onderdrukt zo ook onkruid. Pachysandra’s gedijen zowel in halfvolle als in volle schaduw en in bloei geuren ze ook nog aangenaam. In mijn fotobestand tref ik overigens wel een foto aan waarop flinke happen uit het blad van de Pachysandra zijn genomen. Jammer; gelukkig is het wél een zeer onderhoudsvriendelijke plant, want ook snoeien is niet nodig. Mocht het blad in de afgelopen winter lelijk geworden zijn, dan kun je de plant nu, in maart, in zijn geheel terugknippen tot op 5 cm boven de grond. Als je dat elke paar jaar doet, levert dat een mooi compacte plant op.
En geniet ondertussen: van de lente!

Geen opmerkingen: