…
heb ik in de loop van meer dan veertig jaar toch wel zo’n beetje alles
meegemaakt, dacht ik. Zoals planten die onder de maat presteren of juist ver
boven de proporties van onze beschikbare vierkante meters. Of ‘de plant van de
maand’ dan wel ‘de plant van het jaar’, die het hier onder mijn regime ook
nooit langer dan die maand en dat jaar uithielden. Vraatzuchtige beestjes, op
pootjes, op vleugeltjes, poepers en bloopers, verdwaalde voet- en tennisballen,
onkruidzaadjes, nou ja, zo’n beetje alles waar de gemiddelde tuinier ooit mee
te maken krijgt. Ik dacht echt dat ik alles wel zo’n beetje had gehad.
Maar!
Het kan áltijd nog een slagje erger.
En
omdat een gewaarschuwd mens voor twee telt, zal ik hier eerlijk opbiechten wat
mij deze zomer is overkomen. Of meer specifiek: mijn linker wijsvinger.
Het
was een mooie warme dag. Zo’n dag waarop een normaal mens een plekje in de
schaduw zoekt en de planten vooral proberen te overleven. Ze willen een plens
water en rust. En niet zo’n gewoontedier als ik, met altijd een snoeischaar bij
de hand om elk bruin blaadje weg te knippen. Als je dat elke dag doet krijg je
er wel een zekere routine in. Knip knip, ook weer klaar. Maar het kan dus
verkeren en dan grijp je met je linkerhand een polletje uitgebloeid groen
terwijl de rechter met de schaar uithaalt en knip knip! hoekje van je linker wijsvinger
eraf! Zó gebeurd, echt waar. Je zit er op je hurken bij en kijkt ernaar: is het
écht waar? Ja, het is echt waar.
Snel naar de dokter voor een stevig
drukverband en vooral je vinger omhoog houden. Beetje gênant, om zo de aandacht
te trekken met je ongeluk, maar het was even niet anders. Het verband heb ik er
al na een dag, voor zover mogelijk, weer afgehaald, want ‘aan de lucht’ heelt
sneller, leerde ik van mijn vader.
Gelukkig
kon ik nog wel breien (!) en zo breide ik een paar ‘vingerhoesjes’ in een open
ajourpatroontje; altijd al creatief geweest. Maar die verloor ik onderweg en in
de praktijk bleek niemand mijn vingerhoekje te missen. Ik kreeg er in ieder
geval geen opmerkingen over.
Inmiddels
heb ik een aardige routine ontwikkeld in het ontzien van deze vinger, want het is
nog steeds héél gevoelig, dat scheve topje. Het hanteren van de snoeischaar daarentegen
zal nooit meer ‘routine’ worden, nu ik aan den lijve ondervonden heb hoe het ongeluk
in een klein hoekje zit, zelfs in mijn eigen tuin.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten