Heggenmussen
In
deze tijd van het jaar staat ‘tuinieren’ op een laag pitje. En dat is maar goed
ook, want er zijn andere dingen te doen. Het kerstfeest vraagt een gedegen
voorbereiding, want die ene keer in het jaar moet alles uit de kast.
En
die maak je dan ook meteen maar even schoon. Het familiezilver wordt gepoetst
en de glazen dienen fonkelend op het damast uitgestald te worden. Om nog maar
te zwijgen van de capriolen die in de keuken moeten worden uitgehaald, want of
je er nou goed in bent of niet: je wilt je van je beste kant laten zien!
Inmiddels hebben wij drie kleine kleinkinderen die ook ‘aanzitten’ aan het
kerstdiner en daarmee wordt het hele kerstverhaal een stuk meer ontspannen -
genoeg afleiding als er iets mis gaat!
Dan
nog een rondje oliebollen (de tuinvogels zijn er óók dol op) en iets
gemakkelijks als boerenkool op nieuwjaarsdag en er is weer tijd om naar de tuin
te kijken. Tenzij daar inmiddels een dikke laag sneeuw ligt, want als ik
rondneus in de weersvoorspellingen voor de komende winter, gaat het toch wel
vaak over zwaarbesneeuwde vooruitzichten, met bijbehorende kouderecords. Voor
hetzelfde geld klopt er niets van, maar je weet het maar nooit.
Wees
op het ergste voorbereid en voorzie in tuinlectuur: ruil tuintijdschriften met
de buren, haal je oude tuinboeken tevoorschijn of bestel de mooiste nieuwe boeken
op dat gebied en maak vooral een fotoalbum met je tuinfoto’s van het afgelopen
jaar. Dan nog een potlood, een gummetje, een liniaal en papier en je bent er
helemaal klaar voor om je tuin eens grondig om te spitten. In theorie,
voorlopig.
Ter
ondersteuning een paar inspirerende titels. Het nieuwe boek van wereldvermaard
plantenkenner en ontwerper Piet Oudolf, ‘Plannen en planten’ met als ondertitel
‘Een nieuw perspectief’, is niet alleen een leidraad voor grootschalige
projecten, maar net zo goed een bron van inspiratie voor onze eigen tuin. Noël
Kingsbury heeft bijgedragen aan de beschrijving van ruim tweehonderd ‘bewezen’
planten. Een aanrader dus.
Ook
Bert Huls schiet ons te hulp met ‘De tuinontwerpenencyclopedie’. Het boek
behandelt in vier delen alles wat je moet/wilt weten over het ontwerpen van een
tuin: welke stijl spreekt je aan, hoe maak je het ontwerp, welke planten kies
je en tot slot een opsomming van verschillende tuintypes en hun valkuilen.
Zodat je niet nóg eens aan de slag hoeft.
Een
boek van geheel andere orde, in bescheiden formaat, is het vrolijk ogende ‘Tuinieren
voor (wilde) dieren’ van biologe Barbara Rijpkema. Ondertitel: Maak van je tuin
een beestenboel. En toch prima te combineren met alle andere tuinboeken! Aan
bod komen onder meer een paddenhotel (wie wil dat nu niet!), natuurlijk een
bijenflat en een egelhuis. Allemaal zelf te maken. Daarnaast is per maand te
lezen welke ‘wilde’ dieren je kunt begroeten in je tuin. Zoals in december de
blauwe reiger, als je een zwemvijver voor vissen hebt. En op een zonnige
januaridag kan zomaar de winterjuffer passeren, want die overwintert niet zoals
de meeste libellen als larve of ei, maar als libel. Libellen lok je met een
vijver(tje) zónder vissen, want die eten libellenlarven. Als de blauwe reiger
in december de vissen verorberd heeft, zal dat dus de libellenpopulatie ten
goede komen. Wilde dieren!
|
en een vijver vol leven |
|
Over structuur en variatie |
Maar
ook bomen en planten worden besproken: bloei, groeiomstandigheden én hun
functie voor de tuinbeestjes.
Ik
vind het een geweldig en zeer compleet boek, zéker met kinderen in je buurt.
Als ze ook maar een beetje geïnteresseerd zijn in ‘natuur’, is ‘Tuinieren voor
(wilde) dieren’ een uitgelezen kans om die interesse te voeden. Over
vooruitzien gesproken: belangstelling voor de natuur in je directe omgeving, dat
geeft een levenlang plezier!
|
Cleome hassleriana - kattensnor |
|
Vaste plant: knautia macedonica |
Ook
heel plezierig: snuffelen in catalogi met vaste planten en eenjarigen, die
immers binnenkort alweer voorgezaaid kunnen worden. Mooi aansluitend bij het
tuinieren voor (wilde) dieren, is het aanbod van wildeplantenzaden,
bloemenweidemengsels, maar ook tuinzaden van De Cruydthoeck (www.cruydthoeck.nl). Voorheen de ‘Dikke Zadenlijst’, waarvan menig
tuinliefhebber nog een exemplaar in de kast zal hebben. Dit ‘naslagwerk’ wordt
niet meer uitgegeven, maar op de website van de Cruydthoeck is het nu smullen
van de soortenrijkdom, de prachtige foto’s en uitgebreide beschrijvingen. Neem
bijvoorbeeld de dropplant, Agastache x hybrida ‘Astello indigo’: een vaste
plant in prachtig blauw, die bloeit van juni tot en met oktober en bezocht
wordt door vlinders, bijen, hommels en zweefvliegen. Kan in de volle grond én
in een pot en met het aromatische blad met muntachtige geur kun je lekkere thee
zetten. Zaaien van april tot augustus. Tot zover de beschrijving! Op de website
zijn liefst zeven verschillende foto’s aanklikbaar - en dat is dan nog maar één
plant uit het enorme assortiment!
Tot
slot nog een vooruitblik op het meinummer van Tuinieren in 2014. In de
rubriek ‘Online Geoogst’ zal Kristel Engelen ook míjn blog noemen. Zeer
vereerd! Nú al kijken kan ook, op www.mimi-inmijntuin.blogspot.nl. Fijne kerst en
een goed (tuin)jaar in 2014!
December 2013