Heggenmussen
Onlangs
verscheen een fraai boek: De Stoep, met als ondertitel ‘ontmoetingen tussen
huis en straat’. Ik heb het direct aangeschaft: nieuwsgierig naar de vele
foto’s en het verhaal over de rol van groene stoepen in de contacten tussen
buurtbewoners. De eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat ik met lezen nog niet
ver gekomen ben. Het is een wetenschappelijk georiënteerd boek, met onder
andere een ruimtelijke analyse van de 6.231(!) straten van Rotterdam. En daar
is in veel opzichten veel over op te merken! Maar ook stoeptuinen in Antwerpen,
Hamburg, Bremen en Londen komen voorbij.
Onderzocht
werd, onder andere, het effect van groen op de stoep: voor de beleving van een
straat én het effect op het contact tussen de bewoners. De eindconclusie is
positief. Want behalve planten worden er ook bankjes en stoelen neergezet,
waarop het gezellig babbelen is met buren en voorbijgangers. De mensen leren
elkaar beter kennen en weten zo wie er ‘vreemd’ is in de buurt, wat het gevoel
van veiligheid vergroot. ‘Gluren bij de buren’ wordt door de beplanting
tegengegaan, wat gunstig is voor het gevoel van privacy.
Maar
wie denkt dat tuinieren altíjd tot verbroedering leidt, heeft het mis. Dat
blijkt uit het onderzoek van Esther Veen, die op 15 juni jl. in Wageningen
promoveerde op haar onderzoek naar (verwachte) betere relaties tussen mensen in
‘buurtmoestuinen’. Ook hier ontstaan groepen: sociale structuren worden niet
gemakkelijk doorbroken en net als in het ‘echte leven’ ontstaan ook hier
problemen. Wel bleek uit het onderzoek dat buurtbewoners elkaar beter leren
kennen en makkelijker bij elkaar aankloppen voor hulp. Maar vriendschappen of
contacten buiten de tuin kwamen eigenlijk niet voor.
|
Alcea - stokroos |
|
Klimop bloeit óók! |
|
Een bijtje op de geranium |
|
Rosa Sander's White |
|
Clematis Negritjanka met (vaste) witte lathyrus |
Tot
zover de wetenschap! In ons landelijk gebied zijn veel huizen voorzien van
voortuinen, die gelukkig in de meeste gevallen nog als tuin worden ingericht en
gebruikt. Maar in de oude dorpskernen treffen we ook vaak pittoreske straatjes
aan, met echt geen ruimte voor een voortuintje. Papavertjes willen wel kiemen
in de voeg tussen huis en stoep. Als er iets meer ruimte is, één stoeptegel
eruit, zijn stokrozen, van wit tot zwart met daar tussenin geel, rood en roze,
prachtige stoepbewoners. Ze heten tweejarig, maar dat valt reuze mee. De
stokrozen in mijn ‘buitentuintje’ langs de stoep bloeien daar al járen. En ook
in wisselende kleuren, dankzij de bestuiving door bijen en hommels. Wat je op
statige boerderijen nog wel eens ziet, kan ook op kleinere gevels: (geurende!)
klimrozen rond alle ramen! Ga eens kijken bij ‘De Beemd’ in Warffum: daar vind
je een geweldig assortiment aan rozen. Ik ben er ooit vertrokken met rosa
‘Sander’s White’, een indrukwekkende rambler boven ons vlonderterras. Klimroos
‘Albéric Barbier’ kocht ik bij De Kleine Plantage in Eenrum, net als ‘Mme.
Alfred Carrière’, met een voorspoedige loopbaan boven ons pergolaterrasje. Maar
vergeet clematis niet: op zichzelf al mooi, met verschillende bloeitijden, en
ook goed te combineren met klimrozen of lathyrus (de eenjarige geurt, de vaste
niet). Een gevel op het zuiden is ideaal voor een druivenstok: mooi blad, ook
in de herfst, en natuurlijk het feestje van de druivenoogst. Voor een groene
gevel in zomer én winter komt klimop in aanmerking; wel regelmatig snoeien en
weghouden bij kozijnen.
In
zo’n pittoresk straatje zíe je niet alleen schoonheid, je vóelt het ook.
Klapstoeltjes erbij: buurcontact op de stoep!
Juli 2015
Geen opmerkingen:
Een reactie posten