Na een kleurrijke herfst is het nu de beurt aan de winter. Wit van de sneeuw? Gaat het vriezen? Gaat het dooien? We willen het altijd zo graag nú al weten en gaan te rade op internet. Goed nieuws: een ‘horrorwinter’ wordt het niet - de laatste is al heel lang geleden. Maar het kan nog steeds ‘best wel koud’ worden. Heb je kwetsbare planten in je tuin dan is het verstandig om bij een temperatuur onder 0℃ deze planten af te dekken of, waar mogelijk, naar binnen te halen. Maar zolang het niet vriest blijft de grond bewerkbaar en is er geen enkele reden om het planten van nieuwe aanwinsten uit te stellen. Ook bollen kunnen nu nog de grond in. Tegenwoordig zijn we voor een winterse sfeer aangewezen op onze ouwe trouwe sneeuwklokjes - en dan ook nog in het voorjaar.
Alle winters sneeuw ... met sneeuwklokjes |
Voor andere ‘bollenplanten’ moeten we nog even geduld hebben. Zo houden we tijd over om op tv YouTube te raadplegen: voor het BBC item ‘Gardener’s World’. En natuurlijk ook om de tuinboeken nog eens uit de kast te halen. Ook daarin is veel inspiratie te vinden. Zo kwam ik bij een antiquariaat in Groningen in het bezit van een Spectrum Natuurgids: Wilde Bloemen. Oorspronkelijke titel ‘Wild flowers of Britain’, 1977, met maar liefst meer dan 1000 soorten, in kleur gefotografeerd en voorzien van gedetailleerde beschrijvingen! Een toevalstreffer van de bovenste plank - staat nu in onze boekenkast voor het grijpen, op de middelste plank. Want wij tuiniers zijn eigenlijk allemaal óók ‘rupsjes nooitgenoeg’ (zie ‘Rupsje Nooitgenoeg’, prentenboek voor kleuters van schrijver Eric Carle, beslist ook leuk voor andere leeftijdsgroepen).
Maar nu nog even terug naar de tuin, waar we in de afgelopen herfst weer appels konden plukken van onze twee (laagstam) appelboompjes. Van één weet ik de naam nog: Groninger Kroon. De naam van de andere appelproducent weet ik helaas niet. Wèl dat ze bij ons goed in de smaak vallen. Als je wilt voorkomen dat alle appeltjes uit eigen beweging op de grond vallen moet je regelmatig hun rijpheid controleren. Dat gaat zo: met je hand voorzichtig een (laaghangende) appel iets optillen. Laat het steeltje los dan is de appel rijp. Zolang je de appel niet kunt plukken is hij nog niet rijp. Het vraagt veel geduld van de liefhebber, maar dwingt ook respect af voor de appel. Die kan zelf wel bepalen wanneer hij rijp is en laat pas dán los. Plof! Ja, en dan ligt hij verscholen tussen de planten aan de voet van het appelboompje. Ga maar zoeken. Gelukkig hebben wij de meeste appels voor ons zelf ‘veilig kunnen stellen’, maar de vogels, vrolijke flierefluiters, gunnen we ook wat.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten